R37: Een alle proporties te buiten gaande taart (begin)
Een bleke maar warme zon. Die de indruk wekte zijn grootste brandstofvoorraad verstookt te hebben. En die de van zaadpluizen en vingerhoeddikke insekten doorzweefde atmosfeer, aandeed met een nazomerse mildheid. Onder ijle, stil tot hemel ontbindende zon de diepe straten van de stad. Marmerwit, granietgrauw, vege schaduwen. In schrille tegenstelling More...
R36: Een peluwtje van mollig mos (einde)
‘Hè?!’ riep de voorman, verbaasde en onrustige blikken om zich heen werpend, ‘wat voeren jullie hier dan uit?’ ‘Wij zijn van de politie. Rechercheurs in burger’ stelde Tillemsoger niet onwelwillend More...
R36: Ana Roelofs – #36
de vogels wilden de anale geluiden der vochtige, aarsgeurige ondergang verhullen mysterieuze rillingen als verspringende schaduwen in het rotte hout door vereniging van steen en boom ruiste een More...
R36: Een peluwtje van mollig mos (begin)
Een alom onzichtbaar blijvend legioen vogels koncerteerde hoog in de tot de nok met zichzelf gevulde ruimten van het resterend Hout, schiep slaapverwekkende vrolijke holtes en diepten, als glassplinters zo More...
R35: Reportage (einde)
‘De duivel is in ons midden’ kwekte de pastoorsvogel, ‘ik hoor hem ritselen. Ik hoor zijn gebladerte, ik zie zijn vervloekte slangen zich kronkelen door dit heiligdom. Weerstaat hem, beminden! Weest More...
R35: Reportage (begin)
Papiermolens malen langzaam, maar zeker. De regering had zich iets herinnerd. Ze had ooit een regiment tropenstrijders onder kommando van een reeds tijdens zijn leven legendaire, uiterst lastige oude vechtjas More...
R34: De gehalveerde alraun (einde)
Bezeten door een honger die zijn buik opblies tot holte onmiddellijk na de ontlasting, volgde hij verbaasd de stuwende gedachtengangen en dialogen van zijn maag en ingewanden en de ingewikkelde berekeningen More...
R34: De gehalveerde alraun (begin)
In witte en grauwere terrassen, na aardverschuivingen aan het licht gekomen geologische hoekige heuvelformaties, lag de stad, een klinkend knarsend tumult van ijzer op steen binnen de indrogende harde resten More...
R33: Drijvende zaadpluizen (einde)
De zwangere vrouw was geheel naakt en hield met haar gevouwen handen haar kolossaal gezwollen buik vast, waartegen Mabelis zijn oor hield. De kleine trommelaar, evenals de andere kinderen gekleed in een veel More...
R33: Jana Arns – Ganzenbord
I Met dobbelstenen bouwden zij een huis. Alle ogen op hen gericht. Nooit voelden zij zich bekeken. Kamers hoefden nog geen namen: ze sliepen in bloembedden, adopteerden matrassen die veel van hen verlangden. Met More...
R33: Drijvende zaadpluizen (begin)
Tot laat in de avond weergalmden de hakwerktuigen der werkers, werden stukken ijzer in vuurtjes gedoopt en gesmeed, eetwaren geroosterd. Werd gespeurd naar eindpunten van uit de rotsen opborrelende wateraders. More...
R32: Dagelijks werk (einde)
Zijn daden waren de schoppen en stompen die hij, vanaf het eerste ochtendkrieken, kwistig uitdeelde aan al wie zijn pad kruiste. Met nog van zijn worstelslaap bloeddoortrokken ogen stommelde hij tijdens de More...
R32: Dominique De Groen – Dagelijks bloed
Kauwend op stollend bloed voor het dagelijks werk onttrekt de vleeshouwer de levenskrachten en vitale essenties uit de organismen kauwend op de dagelijkse arbeid & drawing blood alle bosbewoners gesmolten More...
R32: Dagelijks werk (begin)
De drabregen hield op. In een wijde kring zag je, als je op een der afgeplatte hoge heuvels stond, het Hout in witte wasems terugwijken. Met de herstrukturering van het bestaan was een begin gemaakt. De bewoners More...
R31: Cerberus (einde)
Mank en blauwbebuild hipten de kinderen het daglicht in, keken verblind op naar de gespannen lucht en het hoge ijle bos rondom, waarin het hen verboden was een klimvoet te zetten, ook al droegen ze die naam More...
R31: Cerberus (begin)
Evenals de volwassenen hadden de kinderen hun schors- en bladerkledij verwisseld voor de battledresses die ze de lijken der soldaten hadden uitgetrokken. Die lijken lagen overal, zonderlinge langwerpige paketten More...
R30: Aankomende halfgoden (einde)
‘Knielen’ schreeuwde de timmerman Scherpende, nog altijd schor van opwinding. Daar de vleeshouwersknecht de gevraagde dierlijke houding in het geheel niet als vernederend onderging voerde hij dit bevel More...
R30: Piet Gerbrandy – VERLOSSING
Op een hete zondag in het jaar 20** na de geboorte van het varkentje dat door zich ritueel te laten slachten de mensheid van haar geilheid hebzucht en moordlust had moeten verlossen bezocht hij een strand More...
R30: Aankomende halfgoden (begin)
Alle groen werd weggeborgen zo scheen het. Wit regeerde de nieuwe wereld die zich baan brak, opworstelde, die neerdaalde in drab, etter en slijm, in dikke regen. Het bos desintegreerde, grote delen ervan More...
R29: ‘Wij hebben gezondigd, tegen de hemel en tegen u’ (einde)
‘Genade, vader, genade!’ schreeuwde de mannen, vrouwen en kinderen met schorre, van honger en dorst verwilderde stemmen, ‘wij hebben gezondigd tegen de hemel en tegen u en zijn niet meer waard uw kinderen More...
R29: Nanne Nauta – Element tegen de hemel
Geplens en gespetter en hele gebergten, Scherpende, reeds, en het werk. De gesteenten welden knersend heen en weer. Er heerste een spleten, Meer en meer, en het streefde rechts, Elk de helft, Scherpende met More...