EI 277: Ryszard Krynicki – Vannacht

… als ein Kranich P.C. Vannacht bezocht ik jou in mijn droom als een kraanvogel. (Je zult het je niet herinneren wanneer je ontwaakt, je kunt het je niet herinneren – de een herinnert zich altijd iets anders dan de ander, eenieder voelt altijd anders.) Waarom als een kraanvogel? Weet ik niet. Maar ik verlangde naar jou, hoewel ik More...

EI 276: Hans Claus – de gedetineerde en ik
elke dag ontmoeten wij elkaar jij die hier woont ik die hier werk aan de overzijde van een nabij of van een ver verleden aan de zijlijn van het nu wij spelen onze rol met wisselende overgave in tastend ongemak jij More...

EI 275: Anouk Smies – Het monopolie van het prisma
Ik ben de oorlog Een witte zon, een androïde Ik dring binnen als een hinkstapspringende sluipwesp die je botten aanvreet Als je me verlaat vul ik onbeduidende ruimtes Ik leun tegen schuttingen op een buurtfeest Ik More...

EI 274: Hedwig du Jardin – pose
daar staan mijn ouders, op de rand van de afgrond voor de Grand Canyon. de rotsen verbleken bij die kleurrijke mensen, heel even onbewogen vader met zijn casual hoedje op draagt de videocamera als een kind More...

EI 273: Florence Tonk – Repeteren
Meer dan mijn vader moeder, dan bijna iedereen of de mooiste boeken die me troosten omdat ze me weerkaatsen, meer dan de beste delen van mijn lichaam ben jij voor mij die kleine god, met een snee gehaald ik More...

EI 272: Remco Ekkers – Hitte
Bij het verzamelpunt komt hij gewond liggend op de zwarte motorkap zijn hoofd op het bebloede been van de ander. Anderen komen strompelend, uitgeput In de hitte en vallen in de armen van mensen die hen opvangen More...

EI 271: Annemarie Estor – Remedie
De taal is rook, ’t is alchimisterij! Waar is het lam dat naar de nacht verlangt? De rook brandt in uw oog, ’t is alchimisterij! Uw oor, uw oog, ik zeg dat zij in tweestrijd zijn. Kijk scherp naar hoe More...

EI 270: Tjitske Jansen – zonder titel
Juffrouw De Roos liet mijn tekening de klas rondgaan. Het was een wolk op vier lange smalle rechthoeken met een kop en een staartje. Iedereen was het erover eens dat het een goed gelukt schaap was. Een paar More...

EI 269: Wim Kesteloot – 2x Apothekersschaal
In een gedeelde, fluisterzachte zwoele zomerroes Een meet-again van wat was ooit een zielsbegin Zo ligt vertrouwd, in welpvertrouwen Een speelse edeldame, half op hem genesteld Gezonken in een lustgebluste, More...

EI 268: Çağlar Köseoğlu – Brief over gemeenschap
(…) Wij zijn inmiddels veranderd in menselijk kapitaal. We hebben enkel bestaansrecht in verhouding tot onze toekomstige marktwaarde. Gemeenschap is vermoedelijk deels ook een nostalgische reactie op More...

EI 267: Rob Schouten – Eén keer
o sterven o voorbeeldig te uiteindelijk zul je natuurlijk hoe het ook zij en in de loop der tijd je lichaam maar niet van harte van harte niet de wereld hoort niet zonder galmt en verslijt niet tieren nu van wanhoopswoede waardig More...

EI 266: Julien Holtrigter – IJzerwaren
Het is druk in de winkel: reizigers komen orders opnemen. Ze tonen de laatste modellen van krammen, spaden en zagen. Eén heeft een lijm die zo sterk is, dat je de breuk niet meer ziet: hemel gaat naadloos over More...

EI 265: Marjoleine de Vos – Gij kent mij en doorgrondt mijn hart
Er zou een kamer zijn die als je hem betrad vervullen zou wat je niet wist, je diepste wens, nu voor jezelf nog onbekend. Een man ging binnen en werd rijk: zijn liefste broer liet hem fortuin en bodemloze More...

EI 264: Martijn Benders – Mountshannon, 1962 (fragment)
In winterse vracht staan de bomen, rond de schoorstenen bedelt sneeuw. Mist pinkelt even als de ijscowagen stopt om de stijfjes te bevrachten. (…) Uit de monstrans van de cabine een zwarte radio, een been More...

EI 263: F. Harmsen van Beek – ONDUIDELIJKE CORRESPONDENTIE EN DE NADELIGE GEVOLGEN, IN TWEE VERZEN
I Geachte Muizenpoot, Hoe gaat het met U, met mij goed. Wel is alles heel vervelend, als ik voorover lig gebed in mijn gedachten aan U en ben ik ook heel eenzaam. En onderga de lente als een flauwte. Dit More...

EI 262: Roland Jooris – Bijeen
In samenhang eenzelvig weerspannig een deur dan slaat alles weer dicht lippen zeggen wat ze vlezig ontkennen, ze houden een uitbundige inwendigheid voor zich ____ Het woord ‘bijeen’ More...

EI 261: Piet Gerbrandy – Ga maar naar je werelddeel
Het langdurig afscheid in de vertrekhal verliep opgewekt en desastreus. Ga maar naar je werelddeel. Blijkbaar ben je niet te houden. In het Oosten zei je? Dat was wat ik verstond. Men zegt dat werelddelen More...

EI 260: Willem van Toorn – Vide-grenier
Van heinde en ver, in horden en om wat te vinden aangereisd door het herfstlandschap. Contanten meegebracht, dit is de economie van het kleingeld, de weemoed, het gedeukte, gescheurde maar weer opgelapte, More...

EI 259: Estelle Boelsma – Kore IV
KORE: ik herinner me het zaaien het ontkiemen op mijn lichaam ik herinner hoe de wortels communiceren alles verbinden, geen plant, geen steen geen huis wordt overgeslagen de kleinste slierten van de wortels omklemmen More...

EI 258: Lieke Marsman – Het water aan de kade
in mijn herinnering ben ik nevel slijt mijn dagen als een moerasmist die overal (op halve dichtheid) is niet een vrouw alleen aan het water maar de afgemeten kade zelf ben ik het resultaat van de rotsen en More...

EI 257: K. Michel – Goeie fouten
Strand. De zon scheen en ik probeerde mijn schaduw te betrappen, lukte niet — wat wil je: drie — maar zo kwam ik wel bij een ijscokar, later bij oude bunkers schommels, meisjes, scooters, de hele kermis More...

EI 256: Willem van Toorn – Anna
Waarom voel ik nog steeds hier aan mijn arm, verdomme, soms met schrik je meisjeshand, steun zoeken voor de lange steile klim naar het hoge stenen viaduct van Cluis waar al ruim anderhalve eeuw geleden de More...

EI 255: Hanneke van Eijken – Eilanden
Soms ben ik een eiland op het schoolplein een rotsig eiland waar de zeewind tegen schuurt op andere dagen ben ik een kalm landje omringd door een tropische oceaan waar halfmaanvlindervissen duiken zebravissen More...

EI 254: Sonja Pos (1932-2020) – De laatste trede
er werd gebeld: ik trek voorgoed aan een touw wie is daar? roept mijn kinderstem en staar de trap omlaag waar jij beneden, struikelend, in haast dezelfde tree opnieuw begint op weg naar mij je naam en nooit More...