Gepubliceerd op: vrijdag 14 maart 2025

Word niet uit het raam gesmeten

 

Word niet uit het raam gesmeten

Peter, Peter, allesweter, alles weet hij beter, Peter, en dat wil hij laten weten ook. Vooral zijn ouders – arme ouders! – raken daarvan danig van de kook.
De hele dag laat hij ze weten wat hij weet en zij niet weten: ‘Ik weet hoe Toetankhamon heette.’
‘Goed zo, Peter, echt heel fijn.’
‘Als je ’t warm hebt, ga je zweten.’
‘Zeker, Peter, dat kan zo zijn.’
‘Ik weet wat anaconda’s eten.’
‘Fantastisch, Peter, nu verdwijn.’
Maar die wil van geen wijken weten en blijft zijn ouders zijn complete kennis uit de doeken doen. ‘Weet je hoeveel dingen ik vandaag ga weten? Een miljoen!’
En daar gaat hij weer: ‘Ik weet hoe je temperatuur moet meten.’
‘Goed zo, Peter, echt heel fijn.’
‘De aarde is een van de planeten.’
‘Zeker, Peter, dat kan zo zijn.’
‘Ik weet wat lengte is en breedte.’
‘Fantastisch, Peter, nu verdwijn.’
Maar die wil van geen wijken weten en blijft zijn ouders zijn complete – nee, dat is niet waar: zijn ouders hebben – wil je het echt weten? – hebben hem toen uit het raam gesmeten.
Dat deed zijn ouders veel verdriet, maar het kon echt niet langer zo, echt niet.

Mijn broer in het echte leven heet Peter, maar eigenlijk ben ik het, in het echte leven (als dat bestaat), de betwetende hoofdpersoon uit dit verhaal. Ik was geabonneerd op de Kijk, vandaar. Mijn grote held was Mr. I.Q. Weetveel, aan wie ik ooit een ingezonden brief stuurde, want hij wist antwoord op alle vragen en dan werden vraag en antwoord afgedrukt in de Meester I.Q. Weetveel-rubriek. Mijn vraag was ‘Hoe diep is drijfzand?’ Het moest toch dieper zijn dan een mens lang was, want je kon erin verdrinken! Op de hei vlakbij had je zand waarvan ik vermoedde dat het wel eens drijfzand kon zijn en waarvoor ik bang was.
Alles wilde ik weten. Dat was mijn droom. Niet uit een dorst naar kennis, maar uit een soort verzamelwoede. Een spaardrang. Als van postzegels, munten, sigarenbadjes, voetbalplaatjes, Suske en Wiskes of Lucky Lukes.

Wat ik leuk vind aan dit mij aangewaaid geworden verhaalgedicht is de lijdende vorm van de aansporing, alsof je het zelf in de hand hebt als anderen wat met je doen. In diepere drijfzandzin is dat natuurlijk wel waar, maar de eerste reactie zal er een zijn van ‘Kan ik er wat aan doen!?’

Ook dit is stelen van mezelf: in een eerdere Goede raad voor kinderen, gepubliceerd in Jij met mij, Querido 2017, was mijn eennalaatste regel ‘Word niet vermoord door een piraat’. Ik schreef over mijn zelfvertaling van dit gedicht in de Simpel Is van 3 november 2023, hier.

Over de auteur

Robbert-Jan Henkes