Gepubliceerd op: zondag 4 februari 2024

Delphine Lecompte – Is de feestelijkheid voorgoed voorbij?

 

Een zachtmoedige luipaardverzorger telt af in zijn moedertaal
Hij kust me op de mond, ik breek zijn neus met een bronzen grizzlybeer
Ik wil niet gekust worden door een zachtmoedige slaafse Slavische luipaardverzorger
Ik wil gekust worden door de voormalige vrachtwagenchauffeur
Maar hij is mij beu
Hij is niet enkel mijn lippen beu
Hij is ook mijn billen, mijn voorhoofd, mijn bronchiën en mijn nukkigheid beu
En hij heeft een afkeer gekregen van de manier waarop
Ik de woorden ‘haring’, ‘eetstoornis’ en ‘warmtepomp’ uitspreek
Vroeger vond hij mijn uitspraak van de woorden ‘haring’, ‘eetstoornis’
En ‘waterpomp’ koddig en charmant
Maar alles is veranderd
Vroeger was ik zijn wulpse weldoener
Nu ben ik slechts een oud bitter pretentieus zuinig geniepig
Scheel verfrommeld besje in zijn ogen
Een wrak, een trol, een kol, een gifmengster en een pispaal.

Ik neem me voor om de woorden ‘haring’, ‘eetstoornis’
En ‘warmtepomp’ nooit meer uit te spreken
Ik drink vijftien glazen wodka en verlies het bewustzijn
Natuurlijk sterf ik niet
Ik betreed de onderwereld en wil de boot naar de overkant nemen
Maar de kribbige veerman zegt: ‘Jij moet nog een tijdje blijven leven!
Want:
Je moet nog leren om een origamibruinvis in elkaar te boksen
Je moet nog meer dan 26 tulpen naar het hoofd van je moeder slingeren
Je moet nog een Napolitaanse kerststalkoning verpulveren
Je moet nog een betoverende vaas met pauwen en badmintonnetten verdonkeremanen
Je moet nog een naargeestige scheepshersteller trakteren op een pladijsfilet
Je moet nog de ellepijp van een Montenegrijnse messenslijper tomeloos beschimpen
Je moet nog een foto van Alfred Jarry boven je bed hangen
Je moet nog gulzig experimenteren met groene fluwelen hoofddeksels
Je moet nog flink zijn tijdens een ruggenmergpunctie
Je moet je nog ergeren aan de schepselen die niet weten hoe een mandril eruitziet
Je moet nog een voetwassing krijgen van een melancholische baggeraar
Je moet nog meelopen in een Toscaanse slangenprocessie
Je moet nog leren om beter te kijken naar de schilderijen van Floris Jespers
Je moet jezelf nog onsterfelijk belachelijk maken in een mistroostige carnavalswinkel in Nazareth
Je moet nog een weerbarstige onwrikbare ongenaakbare enigmatische roeispaanmogol worden.

Je moet nog je geloof in je gedichten verliezen
Je moet nog je geloof in je gedichten terugvinden
Je moet nog schreeuwen tegen een imbeciele vogelwichelaar
Die te traag zijn geld overhandigt aan een hitsige spookhuisuitbater
Je moet nog wroeging hebben over je schreeuwpartij
Je moet nog doen alsof je etalagebenen hebt en genieten van het medelijden
Dat je opwekt bij een argeloze ontwapenende roekeloze kaarsgieter
Je moet nog alle zilverpapieren fluiteenden en kristallen zwanen uit je leven bannen
Je moet nog leren om een stuurse stoïsche kameleon graag te zien
Je moet nog een pluchen flamingo sluikstorten aan de achterkant van een zieltogend zuivelmuseum
Je moet nog de vingernagels van de bedeesde zeepzieder knippen zonder bloedvergieten
Je moet nog op een televisieplatform bewijzen dat je een venijnig anorectisch clowntje bent
Je moet nog schoorvoetend een opblaasorka terugbrengen naar de rechtmatige eigenaar
Je moet nog broodpudding vinden op de vensterbank van de ontslagen kraanmachinist
En schaterlachen, typisch!
Je moet nog een giraf castreren, dat heb je altijd willen doen
Je moet nog een blasfemische sonnettencyclus wijden aan de lekkende pancreas
Van de eerste de beste transseksuele coniferenscheerder
Je moet je nog verspreken en meermaals ‘coniferen’ zeggen tijdens een lezing
Terwijl iedereen weet dat het ‘coryfeeën’ moet zijn
Je moet nog minstens zeven boeken over de geschiedenis van het discuswerpen
Uit het vuur redden
Je moet nog exact 22978 keer in ongenade vallen.

Je moet nog blind worden en koketteren met je blindheid
Je moet nog per ongeluk een paardentranquilizer inzwelgen
Je moet nog bevriend raken met een diabolische Ierse tapijtenwever
Je moet nog de plot vergeten van Brighton Rock
Je moet nog een documentaire maken over kwallen, over nijlpaarden,
Over verschrikkelijke voodoorituelen, over guitige zwarte poolreizigers
En over een kreupel dwergvrouwtje
Dat alles weet over tektonische platen en jij weet niets
Je moet nog nederig worden
Je moet nog dansen met een kannibalistische luchtballonvaarder
Die een T-shirt van Front 242 draagt
Je moet nog vergeten om je 56ste verjaardag uitbundig te vieren
Je moet nog een tweedehandse tandartszetel op de kop tikken
Je moet nog een gordeldier tekenen op een infobrochure over contacteczeem
Je moet nog verwoede pogingen ondernemen om het leven van een duif te redden
Je moet nog krimpen en in het gezicht gemept worden door een versleten kooivechter.

Je moet nog het verschil leren tussen lust en kameraadschap
Je moet nog pochen over je bescheiden rolletje in een sadomasochistische Siberische pornofilm
Je moet nog de vlecht strelen van een berouwvolle kindermoordenaar
Je moet nog ontroerd worden door de handschoen van een valkenier
Je moet nog geconfronteerd worden met een eenzelvige olifant in het wild
Je moet nog een verkrachting ondergaan in Vilnius
Je moet nog spotten met de snoeverige praatjes van een megalomane hoefsmid
In een West-Vlaams gekkenhuis in augustus
Je moet nog bibberen
Je moet nog galopperen
Je moet nog loeien, stuiptrekken en steigeren
Je moet nog op klunzige doch liefdevolle wijze een koe melken
Je moet nog een buste van Guido Gezelle met feces besmeren, je eigen feces
Je moet nog uit een raam vallen met een schuiftrompet
Je moet nog een marsepeinen kogelvis soldaat maak in een isoleercel in Bangkok
Je moet nog een fopsigaar aannemen van een joviale buikspreker
Je moet nog in een lawine terechtkomen
Je moet nog een nieuwe poppenverzameling aanleggen
Je moet nog vergiffenis schenken aan de necrofiele tegellegger
Die je oude hatelijke Beierse poppen uit elkaar heeft gerukt, de hele droefgeestige collectie.

Je moet nog spreken over de gewelddadige verkrachting in Vilnius
Je moet nog een loodzware kroon dragen
Je moet nog ‘proost’ leren zeggen in het Aramees
Je moet nog mild zijn tegen een gehavende kiwisorteerder
Die er maar niet in slaagt om de dt-regel onder de knie te krijgen
Je moet nog slaapwandelen in La Paz en al slaapwandelend
Een pedofiele aartsbisschop ontmaskeren
Je moet nog verbazing veinzen over de knullige papier-maché coyote
Van een snotterige deerniswekkende analfabetische jongenshoer
Je moet nog een hartmassage geven aan een bipolaire garnalenpeller
Je moet nog een obscene portie moussaka eten in een filmwoestijn
Je moet nog een majorettemeisje met sproeten
En kuiltjes in haar wangen naar het leven staan
Je moet nog miljoenen euro’s schenken aan kinderen, pantomimespelers
Neushoorns, orang-oetans, weervrouwen en windhonden met beenmergkanker
Je moet nog fantaseren over een diepe gulle speelse vriendschap met Tom Waits
Je moet het nog opnemen voor een racistische fietsenmaker
Die het niet verdient om gefolterd te worden op het dak van een sinistere schommelstoelfabriek
Je moet nog een haaienbeet overleven
Je moet nog oog in oog komen te staan met een hypochondrische goudsmid
Die jou wil afslachten met een harpoen, maar gelukkig is hij stuntelig en slechtziend
Je moet nog gastvrij ontvangen worden in een iglo
En vulgaire grappen maken over winderige baronessen en inhalige onderpastoors.

Je moet nog glunderen wanneer je grappen in de iglo in de smaak vallen
Je moet nog in de iglo uitleggen wat de taken van een onderpastoor precies zijn
Je moet nog de lof zingen van een haast volledig vergeten gedicht over bommen en kangoeroes
Je moet nog op de radio bekennen dat je misantropie en paranoia de pan uit swingen
Je moet nog yoghurt kweken
Je moet nog een vleesetende plant vereren
Je moet nog huilen op 18 januari 2043
Omdat de zonsopgang zo verbijsterend schoon is
En omdat je wijlen de oude kruisboogschutter zo wreed en achteloos hebt bejegend
Je moet nog vragen aan de dochter van de oude kruisboogschutter zaliger
Of je een vingerhoed as uit de urne mag nemen
Je moet nog talloze hysterische snookerwedstrijden bijwonen met een stuk in je kraag
Je moet nog een Poolse matrassenmogol uitkafferen
Je moet nog een teckel adopteren en bedrogen uitkomen
Je moet nog de prijzen van schorseneren zien stijgen
Je moet nog echt beseffen dat je een nietsnut bent
Je moet nog een pols breken, je beste pols.

Je moet nog een strijdlustig liedje van Tina Turner zingen in een karaokebar
Je moet nog terugkeren naar de katholieke kerk
Je moet nog jezelf kastijden met een wafelijzer
Je moet nog een springkasteel winnen
Je moet nog de feestelijkheid voorgoed opgeven
Je moet nog een geslaagde imitatie van een kameel in barensnood geven
Tijdens een broeierige brandweertombola-avond
Je moet nog ziekelijk jaloers zijn op de weelderige rode haren van een nobele bobijnster
Je moet nog opzoekingen doen over mythische Scandinavische zeewezens
Je moet nog in Istanbul struikelen over de verpakking van een set boerderijdieren
Je moet nog je devotie voor lammergieren op een laag pitje zetten
Je moet nog bloemen leggen op het graf van Gérard de Nerval
Je moet nog een verdorven touwslager aanvallen met een oestermes
Je moet nog 37 of 38 keer liegen over je sterrenbeeld, waarom wil je zo graag schorpioen zijn?
Je moet je nog neerleggen bij je dorre borsten en bij je wansmakelijke tepelhoven
Je moet nog een verwilderde vereenzaamde verguisde raaskallende amechtige paria worden
Je moet nog het dak boven je hoofd verliezen
Je moet nog bokkenpootjes eten in de fietsenstalling van een luguber oogziekenhuis
En anaal gepenetreerd worden met een doffe gemummificeerde komodovaraan
Je moet nog een geslaagde pijpbeurt geven aan een Litouwse voddenraper
Je moet nog de teloorgang van de Juliaanse kalender meemaken
Je moet nog honderden bekoorlijke puberjongens tegenkomen
Die nog nooit hebben gehoord van Boebka, Crusoe, Reve, Woody Allen en Mozes.

Je moet nog aan honderden bekoorlijke puberjongens de Augiasstal
En de lijkwade van Turijn uit de doeken doen
Je moet nog een vereniging oprichten die zich verzet tegen de uitbuiting van de axolotl
Je moet nog een aquarel maken van een antipathieke chowchow naast een golfbreker
Je moet nog extase nabootsen tijdens het jaarlijkse plompe volkse ontgoochelende
Sentimentele vuurwerk op het strand van De Panne
Je moet nog verliefd worden op een incestueuze imker die met Frank Zappa dweept
Je moet nog aan de haren trekken van een verloederde alpacafokker
Je moet nog betrapt worden op het stelen van een tandenborstelbeker met klavertjesviermotief
Je moet nog de sprookjes Blauwbaard en Klein Duimpje herschrijven
Je moet nog een verlepte Hondurese bordeelhoudster wijsmaken dat je een tragische
Hondenkapster met een zeldzame nieraandoening bent
Je moet nog een avondcursus paardengebitverzorging volgen en de mascotte van de groep worden
Je moet nog niezen en een vogelverschrikker neermaaien
Je moet nog 55 vluchten naar Lissabon annuleren
Je moet nog beschuldigd worden van plagiaat
Je moet nog een slagroomtaart gooien in het gezicht van een protserige limonadetycoon
Je moet nog een tracheotomie uitvoeren in een pretpark naast een ezel van vezelglas
Die chocolade muntstukken schijt.

Je moet nog je hart laten breken door een bulderende meubelmagnaat
Met oogverblindende nekwratten en een tatoeage van een Patagonische wezel op zijn staartbeen
Je moet nog amok maken in een Roemeense luchterwinkel
Je moet nog de rol van Desdemona bemachtigen
Je moet nog een genadeloze vileine non aanvallen met een notenkraker
Je moet nog grinniken wanneer de non het op een lopen zet, in een moeras valt
En smeekt om uit de helse poel gevist te worden door jou
Je moet nog de notenkraker in het moeras gooien
Je moet nog…’
Ik onderbreek de veerman en zeg brutaal:
‘Ik moet nog een kribbige veerman onderbreken
Ik moet nog terugkeren naar de inferieure bovenwereld
Ik moet nog sorry zeggen tegen een zachtmoedige slaafse Slavische luipaardverzorger
Wiens neus ik heb gebroken met een bronzen grizzlybeer
Bij gebrek aan een bronzen nijlpaardgodin
Nee, bij gebrek aan een bronzen mijnwerker met boulimie en spleen
Ik moet nog halsstarrig weigeren om gekust te worden
Door de voormalige vrachtwagenchauffeur
Die walgt van mijn wrok en van mijn korzeligheid
En die vindt dat ik de woorden ‘sauna’, ‘zeemzoet’
‘Fazantenpaté’, ‘branie’, ‘verkeersdrempel’ en ‘radijsfobie’
Erg lelijk uitspreek
Ik moet nog mijn hand dopen in zelfrijzende bloem
Ik moet nog zeven bloedjes van kinderen de stuipen op het lijf jagen
Ik moet nog bidden
Ik moet nog kokhalzen, hinniken en zweten
Ik moet mezelf nog uitputten in opsommingen
En ik moet, tot slot, verkroppen dat de feestelijkheid voorgoed voorbij is.’

Over de auteur

Delphine Lecompte