Gepubliceerd op: zondag 12 februari 2023

Delphine Lecompte – Zolang ik nog extase voel

 

Ik voel nog steeds extase wanneer ik
Een zeester zie liggen op het strand
Vermangelde tentakels kunnen de extase alleen maar verhogen
Of verscherpen, klinkt verscherpen mooier?
Het klinkt scherper
Scherp is goed, de oude kruisboogschutter is flou
Hij loopt naast me als een oude schorre kreupele koekoek
Neutraal en sussend, ‘Sus me niet, kleinburgerlijke klootzak!’
De oude kruisboogschutter zegt: ‘Je moeder is dankbaar
Dat ik voor je zorg, zonder mij zat je in een gesticht.’
Het is de waarheid.

De gewiekste ploeterende kruisboogschutter doet alles voor mij:
Wassen, strijken, dweilen, mijn ramen lappen
Achterlijke chocolade circusberen kopen
Bleekwater, makrelen, avocado’s
Een beer past bij elk feest: een beer is zowel christelijk als heidens
Bleekwater, makrelen en avocado’s passen eveneens bij elk feest:
Oogst, geboorte, zelfmoord, veteranenbijeenkomst, brandweertombola
Ik geef de oude kruisboogschutter niets
Geen schaamlippen, geen borsten, geen geld
En geen flemerige dankbetuigingen.

Ik voel nog steeds extase
Wanneer ik de prachtige teelballen
Van de voormalige vrachtwagenchauffeur mag aanraken
Ik duw ze omhoog en ze vallen langs weerszijden
Van zijn verschrompelde schacht
Ik lik nog altijd met trage wellustige graagte
Zijn fantastische ingedommelde versleten penis die ik vereer
Besneden uit voorzorg, die formidabele stang uit de Koffiestraat te Jabbeke
Ik vind de teelballen van de voormalige vrachtwagenchauffeur grootser
En subliemer dan de schilderijen van Turner
Dat zijn ze ook!

De strandwandeling lijkt eindeloos
Ik draag dezelfde klompen en kleren die ik droeg
Toen ik de afatische truffelraapster beroofde van haar juwelen, 7 april 1994
Ze bleken waardeloos
De mestkevers, de trouwringen, de vingerhoeden, de Azteekse dobbelstenen
Bedrog, geërfd van een suikeroom
Die stikte in Malta
Waarin?
In vulgaire gepaneerde inktvisringen op een groezelig balkon.

De oude kruisboogschutter vraagt: ‘Zijn dat dezelfde klompen
Die je droeg toen je onsuccesvol solliciteerde in een speelgoedfabriek?’
‘Ik wilde onsuccesvol zijn.’
‘Ik weet het.’
‘En dezelfde kleren.’
‘Wat?’
‘Dezelfde klompen en dezelfde kleren
Om een afatische truffelraapster mores te leren.’
De oude kruisboogschutter zucht, hij houdt niet van de uitdrukking
Iemand mores leren, te Hollands.

Wat had ik moeten ontvangen tussen al dat speelgoed?
Ik bedoel: wat had ik moeten aanvangen tussen al dat speelgoed?
Melige pluchen okapi’s, degoutante artificiële machinegeweren
En verraderlijke pernicieuze bromtollen
Teckels, overal teckels en knisperende geborduurde zonnebloemen
Trampolines, te weinig trampolines en bijna geen guillotines
Plastieken sheriffsterren en prozaïsche opblaaskrokodillen
Mijn neus constant gedrukt op het feit
Dat ik geen kinderen heb en dat de ene seconde wreder is
Dan de andere.

Ik had bijna een kind
Ik was tien dagen zwanger, fier als een franjehaai
Fier op mijn zwangerschapshoofdpijn, fier op de plotselinge gave
Om de navelinhoud van de voormalige vrachtwagenchauffeur te ruiken
En fier op de ontsierende striemen en tepelkloven die me te wachten stonden
Trots op mijn zoon die zou uitblinken in… in… in…
In vrijwel alles
Maar ik zou het meest trots zijn
Op zijn grimmige parate geriatrische kennis van de sterren
En op zijn fagotspel.

Op de elfde dag begon ik te bloeden
De oude kruisboogschutter begeleidde me naar het ziekenhuis
Hij was blij dat hij op het scherm alles mocht meevolgen
Hij vond de vorm van mijn baarmoeder kunstzinnig en uniek
‘Dat klopt niet,’ beweerde de gynaecoloog
‘Kunstzinnig noch uniek, gewoon de zoveelste defecte lekkende
Baarmoeder van de zoveelste oude bittere koe
Die te lang heeft gewacht om zich te laten bezwangeren.’

Hij had gelijk, ik had te lang gewacht
Ik was 41
En drankzuchtig bovendien, extreem drankzuchtig
De voormalige vrachtwagenchauffeur wilde niet spreken over de miskraam
Ik wel
Ik sprak zo graag in 2019
Met iedereen: met de bedeesde zeepzieder,
Met lukrake ontslagen kraanmachinisten,
Met de mystieke chrysantenkweker, met de eigenaars
Van zwarte jeeps, met norse lamaverzorgers,
Met incestueuze imkers, met Tom America, enzovoort…

Iedereen vond het fijn om mijn woeste morsige uitbundige verhalen
Aan te horen en men reageerde morrend, verbluft, geschokt en ontroerd
Het waren de reacties waarop ik hoopte
Ik was nooit zwartgallig in 2019
Ik was steeds hitsig, vrijgevig en uitzinnig
Maar alles veranderde na de miskraam
Ik werd stom
En ik ging opnieuw houden van Ernst Ludwig Kirchner
De favoriete expressionist van de bedeesde zeepzieder.

De oude kruisboogschutter wijst naar een zeester
Zonder vermangelde tentakels
‘Esthetisch en obsceen,’ probeert hij
Me wijs te maken
Maar ik loop al lang genoeg rond op de aarde
Om te weten dat zeesterren met of zonder
Vermangelde tentakels nooit obsceen kunnen zijn
Het woord ‘esthetisch’ klinkt eng en veroordelend
‘Ik wil een ring,’ zeg ik
‘Een verlovingsring?’
‘Een ring met een steen die mijn alcoholisme
En eczeem opdoekt.’
‘Opdoekt?’
‘Geneest! Een steen die mij geneest!’
‘Zo’n steen bestaat niet.’

Eindelijk is de strandwandeling voorbij
De oude kruisboogschutter trakteert me op een wafel
In herberg De Bandeloze Miereneter
De uitbater is een wrede grijnzende racistische ex-parachutist
‘Je lijkt op mijn vader,’ zegt hij tegen de oude kruisboogschutter
De oude kruisboogschutter is in zijn nopjes
Ik snijd mijn wafel in twaalf gelijke delen:
Zes voor de lege vogelkooi (te klein voor een treiterige papegaai)
En zes voor de overvolle kwispedoor uit Dresden
In Dresden wonen veel akelige gierige dwergen
Die worden onderhouden door romige rondborstige
Adembenemende tapijtenweefsters.

Mijn vader is een dwerg
Ik ben vergeten hoe zijn karakter eruitziet
Hij verliet eens de douche toen ik in de gang
Twee flessen rode wijn in mijn kinderachtige rugzak
Aan het wegmoffelen was
Net uit de douche met kletsnatte haren leek hij
Op een kruising tussen een nukkige mantelbaviaan
En een misnoegde Poolse vakbondsleider
Beter kan ik hem niet beschrijven
Hij was niet choleriek, mijn vader, ik denk het niet.

We rijden terug naar Brugge
De oude kruisboogschutter zegt mat en droog:
‘We hebben geen kompressen
En geen mayonaise in huis. Volgens mij kunnen we zonder.’
Ik zwijg
Ik hul mezelf in stilzwijgen
Het was geen gloedvolle belonende dienende religieuze dag
Toch was er extase in overvloed: in elke zeester, in de overlopende kwispedoor
En in de lege allesbehalve deprimerende vogelkooi
Groot genoeg om een raaf in op te bergen.

Over de auteur

Delphine Lecompte