Gepubliceerd op: zondag 1 november 2020

Delphine Lecompte – De spreekwoordelijke haas in de kerststal

 

In mijn familie wordt abnormaal vaak gesproken over de kerststal
Die mijn grootvader vervaardigde na de geboorte van zijn eerste kind
Hij voelde zich schuldig dat die geboorte gepaard moest gaan met een minnares
De kerststalfiguren zijn verbrokkeld, Judas hield het langst stand
Al begreep niemand waarom mijn grootvader een verraderlijke apostel uit de toekomst
Naar de geboorte van Jezus had gestuurd, The Terminator voor perverse katholieken.

Ik heb geen familie meer, maar ik heb zeker en vast de voormalige vrachtwagenchauffeur
Die zich nog altijd schaamt voor de verzetsgeluiden van zijn darmen
Na het eten van een blik bonen, dan wendt hij zijn blik af
En belt hij de heilige Ria op, ze heeft een flipperkast gekocht van een morose windhondenfokker
Het is de flipperkast van zijn dode zoon, een val van een balkon in Sebastopol
Een duw, een scrupuleloze degenslikker, een experiment met paardentranquilizers en terpentijn.

De voormalige vrachtwagenchauffeur zegt tegen Ria dat hij mijn nieuwe winterjas
Afgrijselijk vindt en dat mijn gezicht altijd vuil lijkt, ook als ik net uit de douche kom
Ik ren naar de badkamer en kijk in de spiegel, niet mooi maar wel ontzettend proper
Ik geef mijn hersenen het bevel om mijn oren te doen bewegen
Mijn ogen knipperen en zelfs het licht knippert, maar mijn oren blijven doof en onverschillig
Ze zijn fijn en ooit hoorden ze in herberg De Sluwe Miereneter (Le Chien Vert was gesloten)
Een joviale fazantenjager pochen over de verbrijzeling van de schedel van mijn moeder met een tol.

Ik rende naar het huis van mijn moeder, ze lag onbekommerd op een baksteenrode luchtmatras
De grote spin naast haar hoofd stoorde haar niet
Ik zei: ‘Je weet blijkbaar nog niet dat je schedel gisterennacht werd verbrijzeld
Door een joviale fazantenjager met een tol! Hij pocht erover in De Sluwe Miereneter.’
Mijn moeder glimlachte wrang en hapte naar de grote spin, maar ze was te traag
En de spin beet in de muis van haar hand, het begon te regenen en we gingen naar binnen.

Binnen aten we kromme noten en obscene clementines, er was niets anders in huis
Mijn moeder sprak de ganse tijd over de film Bullitt met Steve McQueen
Het werkte danig op mijn zenuwen, want ik had de film niet gezien
En ik wilde verder spreken over de joviale fazantenjager die haar schedel had verbrijzeld met een tol
De voormalige vrachtwagenchauffeur roept me, ik keer terug naar de woonkamer
En ram mijn dorstige vagina in zijn volle goudzoekersbaard, hij likt me ernstig
En een tikkeltje geërgerd, alsof hij zijn tanden stukbijt op een moeilijk gitaarakkoord.

Ik kom klaar en denk opnieuw aan de ongepaste Judas van de kerststal van mijn grootvader
Judas mocht de kerststal niet betreden, hij stond buiten bij het kleine raam
Met een dolk die hij verborgen hield achter zijn rug, hij was vermomd als herder
Maar hij kon niemand bedotten want een herder zonder schapen valt meteen door de mand
De echte herders stonden blozend en bedremmeld op de drempel
Ze konden de magische geboorte niet rijmen met hun boerse zelfgenoegzame onwetendheid.

De wijzen wilden de show stelen met hun flamboyante gewaden en hun exorbitante geschenken
Maar de enige schepselen die mooier waren dan Maria, Jozef, en het kind
Waren de os en de ezel, omdat ze niet probeerden
Omdat mijn grootvader niet had geprobeerd om de dieren gewichtiger te maken
Dan ze waren, op een nacht heb ik ze gestolen om ermee te slapen
Maar de boxerhond vermaalde ze en kreeg herhaaldelijk schoppen tot ik schuld bekende.

De voormalige vrachtwagenchauffeur doet zijn best om het vlees
Op onze borden feestelijk te rangschikken
Hij denkt dat hij niet gelovig is, maar elk jaar opnieuw krijgt zijn gezicht
Die gloed en onschuld die overduidelijk een erfenis van Bethlehem is.

 

Over de auteur

Delphine Lecompte