Gepubliceerd op: vrijdag 2 juni 2017

Recente Poëzierecensies – mei 2017 (2)

 

  •  
  • “Van vorm of klank moeten de meeste gedichten het niet hebben. Maar veel beelden zijn sterk, en met een minimum aan middelen neergezet.” Meander is lovend over Alleen van kale reizen kom je thuis, de debuutbundel van Erwin Steyaert.
  • Liter karakteriseert de nieuwe bundel van Guido Utermark: “De collages en de gedichten in Ik kan je alles uitleggen zijn uit hetzelfde hout gesneden en vullen elkaar daarom prima aan. Ze zijn ontstaan uit uitgebreide knip- en plakarbeid, diepgaand zoek- en combineerwerk. De gedichten zijn gecomponeerd met behulp van verscheidene taalregisters en kennelijk in de meeste gevallen zonder vooropgezet plan. (…) Het is gemaakt met wat voorhanden was: berichten uit kranten, boodschappen achter ramen, veelgebruikte zegswijzen van de straat, fragmenten uit klantgerichte e-mails, slogans, oneliners, bedenk het maar. De managementcultuur en wetenschapssectoren vormen enkele van de taalregisters waarin de dichter schatzoeken ging.”
  • “Zijn poëzie moet stromen: ‘bewegen om stil te staan’, zoals hij het zelf zegt. Geheel in lijn daarmee gebruikt hij ook zo weinig mogelijk leestekens. Die zouden de lezer immers alleen maar ophouden. Ja, zijn lezers mogen eigenlijk nooit stilstaan, want dat zou hetzelfde effect opleveren als het stilzetten van een film: een onscherp beeld; een beeld dat minder nauwkeurig, en met een grovere golflengte tot stand lijkt gekomen.” Dit beweert Meander over Serge Delaive naar aanleiding van diens bundel Meridianen van de doling die door Katelijne De Vuyst vertaald werd.
  • “Als de onderwerpen in een dichtbundel nadrukkelijk parallel lopen met die op een opiniepagina, moet je als recensent extra gealarmeerd zijn. Tenminste, als je geen zin hebt in een dichtbundel hetzelfde voorgeschoteld te krijgen als in de opiniesectie van de krant. Gelukkig kun je bij het lezen van ‘Een steen openvouwen’, de vierde bundel van Alexis de Roode, algauw de alarmknop uitzetten. De thema’s mogen dan wel gelijk op lopen; de manier waarop De Roode de moderne wereld bespreekt, wijkt zodanig af van het discussieschema op de opiniepagina’s, dat je geen moment ook maar op het idee dat je een krant zit te lezen in plaats van poëzie. Sterker nog, de kracht van poëzie – en zeker ook van deze poëzie – is dat het gordijnen openschuift die in de kranten gesloten blijven.” Aldus een lovende The Post Online.
    “De Roode schrijft prozapoëzie die voort lijkt te vloeien uit de spanning tussen het nine-to-five leven (kijk trouwens eens naar die geweldig schlemielige omslag) en de hoop daaraan te ontsnappen.” voegt Cutting Edge daar in een beknopte recensie aan toe.
  • “Vanuit een diepe genegenheid zijn de Verzamelde gedichten van Wim Brands (1959) door zijn echtgenote Monique Edelschaap en zijn vriend en redacteur Thomas Verbogt bijeengebracht. Na zijn plotseling overlijden in 2016 ontstond er al direct bij hen de behoefte om zijn poëzie te bundelen. Hoewel Brands zichzelf en zijn poëzie sterk relativeerde, zou hij waarschijnlijk niets liever hebben gewild dan zijn visie op dit ‘raadselachtig leven’ uitgedragen te zien worden in een verzamelbundel” stelt Meander en grijpt de gelegenheid aan om de ontwikkeling van het poëtische oeuvre van Brands te bekijken.
  • De Verborgen Hoek is erg te spreken over Warhoofds gekkenwerk van Alain Delmotte.
  • Literair Nederland bespreekt Vaan nu over de betekenis van het werk van C.B. Vaandrager: “Het boek bevat onder andere een informatief essay van Bertram Mourits over de literaire ontwikkelingsgang die Vaandrager vanaf 1960 doormaakte. Verder zijn er bijdragen van ruim twintig anderen hedendaagse auteurs, herinneringen en anekdotes alsmede poëzie die door de ‘Rotterdamse Reus’ beïnvloed of geïnspireerd is.”
  • “Hoe langer ik mij verdiepte in de bundel Zwembad de verbeelding hoe meer waardering ik er voor kreeg. Juist het feit dat hij je soms maar weinig houvast geeft jaagt je door zijn gedichten heen, op zoek naar meer houvast. Maar het beetje dat hij je gemakkelijk geeft is genoeg, en bevredigt omdat hij genoeg nieuws biedt, genoeg ruimte schenkt voor associaties. Eén van de bijzondere zaken van deze poëzie: ze is alles, behalve vaag. De dichter heeft exact verwoord wat hij bedoelde, en dirigeert je in de door hem bedoelde richting. Met niet te vergeten de humor waarop hij de lezer regelmatig vergast.” Meander bespreekt de nieuwe bundel van Tom Van de Voorde.

Over de auteur