Gepubliceerd op: maandag 26 juni 2017

EI49: Antoinette Sisto – Diner voor twee

 

Neem een bovengemiddeld slimme man
kies een bekoorlijke vrouw
geef de vrouw dat beetje koketterie
dat ruim door de beugel kan, onzichtbare lipstick
de man geen sigaret
maar een kalm gebaar van handen
zonder trouwring

zoek een decor bij elkaar
intieme muren, een goed verlicht restaurant
een kamerscherm
dat toch niet formeel aandoet.

Laat obers met zwarte vlinderstrikjes
hen bedienen met discretie, zonder tolken of
overbodige vorken, ervoor waken
dat ze geen wijn morsen
op haar met ijver uitgekozen jurk.
Laat hen niet meer dan twee ons vlees
per persoon eten.

Voeg beslist geen strijkers toe
maar laat van tijd tot tijd
passende geluiden vallen
het zachte tinkelen van metaal
tegen porselein de aandacht
van verlegen blikken afleiden
servetpunten die de lippen teder deppen
na elk met zorg gekozen woord
dat toch spontaan op de tong uiteenvalt.
Let op zonder te veel zout of bittere nasmaak.

Laat emoties hoog oplopen
een reden om het af te zoenen
op de drempel van de buitendeur zonder glas.
Maak dat ze tenslotte verdwijnen
hun schaarse woorden, de lichamen wit
tegen het donker, wanneer de avond sneller valt.

___

Het gedicht gaat -getuige de titel- over een ‘diner’. Het begint met ‘Neem een’. Het is dus een “recept” (het is in de bundel ook onderdeel van de serie ‘Recepten’). Hoe eenvoudig deze constatering ook is, toch is het idee van een recept in dit gedicht niet enkelvoudig.

Ten eerste is een “recept” een voorschrift voor het bereiden van eten. Buiten het culinaire domein gebruiken we het soms metaforisch, maar meestal kiezen we dan voor een ander woord zoals “stappenplan”. Het woord “recept” gebruiken we verder in het medische domein, als voorschrift voor medicijnen van een arts.
Hier gaat het over eten, maar toch ook niet. Het gedicht noemt ‘wijn’ en ‘vlees’, maar verder hebben we geen idee wat er tijdens het ‘diner’ genuttigd wordt. Het “recept” van dit gedicht gaat over alles om de gerechten heen. Het betreft niet zoals gebruikelijk bij een recept de fase van het bereiden van de dis, maar de fase van het verorberen daarvan, het dineren. Het gedicht beschrijft een “recept” voor de samenstelling van zo’n ‘diner’, en volgens de titel: voor twee personen. Maar wie stelt nou zo’n diner samen? Een restauranthouder? Maar die heeft weinig invloed op de gasten. Of die een ‘trouwring’ hebben, of met hoeveel ‘ijver’ een ‘jurk’ is ‘uitgekozen’. Het lijkt dus meer een “recept” te zijn om een diner te ensceneren. Voor een filmmaker of een schrijver.

We zien dat ook terug in de beschrijving van de personages. Die zijn belachelijk stereotiep. Eigenlijk zijn het geen beschrijvingen van personages, maar het oproepen van het idee van personages. Lege mallen waarin personen kunnen worden ingevuld. Eigenlijk geldt hetzelfde voor de restaurantsetting waarin het ‘diner’ plaatsheeft. We krijgen geen enkele bijzonderheid die wijst op een specifiek restaurant. Het zou overal kunnen zijn.
Het geheel is een lege huls zonder inhoud. Wat de personages eten tijdens het ‘diner’ komen we niet te weten. Waarover hun ‘met zorg gekozen woord’en gaan, komen we evenmin te weten.
Ondanks de titel lijkt het niet over slechts ‘twee’ personages te gaan. De ‘verlegen blikken’ in de vierde strofe horen bij een aftastend en onzeker begin van een liefdesrelatie. De ‘reden om het af te zoenen’ uit de laatste strofe hoort meer bij een later stadium van zo’n relatie. Het zou natuurlijk ook over hetzelfde stel in een andere tijd kunnen gaan.

Verder valt het op dat er in dit “recept” veel aandacht wordt geschonken aan wat je NIET moet doen. In een recept staan gewoonlijk de uit te voeren handelingen. Maar hier staat vooral veel wat er niet moet zijn, of niet moet gebeuren. Zo mag het ingrediënt ‘man’ geen ‘trouwring’ hebben en ook ‘geen sigaret’. Eén van de belangrijkste stappen is het NIET toevoegen van ‘strijkers’. We kunnen deze ontbrekingen moreel en esthetisch duiden, maar het gedicht gaat er consequent mee door: ‘geen wijn morsen’, ‘onzichtbare lipstick’, ‘zonder tolken of overbodige vorken’, ‘zonder te veel zout’, ‘buitendeur zonder glas’. Alles bij elkaar zorgt dit ervoor dat de in het gedicht beschreven scène (of scènes) niet af is. Er blijven mogelijkheden open. De scene is vluchtig, wordt niet geconcretiseerd. Het gedicht roept de personages en de setting op, maar die worden nergens helemaal reëel. Het blijven schimmen. De laatste stap van het recept is dan ook om alles weer te laten ‘verdwijnen’.

Het idee van een “recept” is het volgen van een procedure. Dit gedicht geeft een “recept” over de omstandigheden van het consumeren. Over het proeven van een ‘met zorg gekozen’ woord dat ‘spontaan op de tong uiteenvalt’. Het is dus niet zo gek om te denken dat het gedicht over lezen gaat. Misschien zijn de instructies van het “recept” dus voor de lezer. Roep in je verbeelding de personages en de restaurantsetting op. Zie je nu meer details dan er in het gedicht staan? Waarschijnlijk wel. We vullen onszelf in voor de personages, of familie, vrienden, collega’s. We zien een restaurant waar we geweest zijn. Goede herinneringen of juist niet.
Door de lege huls zo van details te voorzien, geven we ongemerkt ook inhoud aan de opgeroepen scène. Juist omdat het gedicht het geven van inhoud zo zorgvuldig vermijdt. Het gedicht stelt in staat, schetst een schimmenrijk, een begin waarmee van alles mogelijk is. Het is aan de lezer om verder te bouwen, het “af” te maken.
Totdat “de avond sneller valt”.
___
 

Hoe een zee een woord werd
Antoinette Sisto
Uitgeverij Kontrast
€ 15,00
ISBN 9789492411174

 
 
 
 
 
 
 
 

Over de auteur

Jeroen van den Heuvel

- Jeroen vertaalt poëzie en kinderboeken. Daarnaast schrijft hij essays over poëzie. Hij is redacteur van ooteoote.nl.