LL97: Esther Jansma – Waarom we hier zijn
Het meest onlogische van spul is bewegen, bladeren
openvouwen, het in de grond verankerde lichaam
zonder uitzicht op verhuizen met de zon mee draaien
loskomen uit de aarde, uit een omhelzing vallen
zonder besef dat je leeft maar bevend van willen
pootjes verzetten, rennen naar het einde van honger
want het ging zo: we stonden aan de grond genageld
toen de muren vergruisden, het rotten begon, keerden
ons gezicht naar de zon, in rijen wachtend op water
tot de eersten stierven. Huilend vertrokken de buren.
Ik wilde niet weg van de plek waar de kinderen liggen.
Jij zei: leven is kunnen bewegen, je bent geen ding.
___
Esther Jansma (1958) publiceert sinds 1988 dichtbundels. Haar gedichten zijn vertaald in o.a. het Frans, Russisch en Zweeds. Onder de titel ‘What it is’ verscheen in 2008 een Engelstalige bloemlezing uit haar poëzie. In 2015 maakte zij zelf een selectie uit haar gedichten, ‘Voor altijd ergens’. Ook verscheen in dat jaar de roman ‘De Messias’ die ze onder het pseudoniem Julian Winter samen met Wiljan van den Akker schreef.
Ze ontving meerdere prijzen voor haar literaire werk, waaronder de VSB Poëzieprijs en de A. Roland-Holst-Penning.
Ze is in het dagelijks leven als houtarcheoloog verbonden aan de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed en als bijzonder hoogleraar aan de Universiteit Utrecht.