Beelden uit een tentoonstelling (1) – Marcel Broodthaers
Een statief zorgt voor stabiliteit bij het fotograferen. De potentiële beweger blijft onbewogen. Scherpte, vergrootbaarheid zijn verzekerd.
Het is bij het maken van een portret niet de bedoeling dat het statief of de camera mee in beeld komen. Het zou afleiden, de illusie verstoren dat de toeschouwer de geportretteerde als het ware in levenden lijve ontmoet.
Heeft Marcel Broodthaers zijn vrouw Maria Gilissen gefotografeerd terwijl zij haar toestel op hem richtte? Of heeft zij zichzelf in een spiegel gefotografeerd?
Weerspiegeling, reflectie. Iets van wat op de foto staat (een illusie van werkelijkheid) bevindt zich in de tentoonstellingsruimte, net voor de op doek gezeefdrukte foto. We zien het statief als afbeelding en als reëel object.
Joseph Kosuth toonde in One and three chairs (1966) driemaal een stoel: een opengevouwen houten klapstoel die tegen de tentoonstellingswand staat, ernaast een foto ervan, schuin rechts erboven een woordenboekdefinitie van het woord ‘stoel’. Drie werkelijkheden, die ‘hetzelfde’ op de helling zetten. Beeldende taalfilosofie, conceptuele kunst.
Broodthaers’ beeld, voor zijn doen hier opmerkelijk genoeg zonder taal, laat niet alleen een voorwerp zien maar ook de vrouw die het hanteert. Door een rand- of mogelijkheidsvoorwaarde van de foto (het statief) mee te tonen, binnen en ‘buiten’ het werk, beklemtoont hij het kunstmatige. Het doorzichtige realisme wordt doorzien. Geen ontmoeting, vaarwel nabij portret.
Het statief krijgt iets van de schildersezel die het doek draagt. Een toespeling op de aloude rivaliteit tussen fotografie, volgens Baudelaire slechts een ‘materiële techniek’, en schilderkunst?
Kunst en reflectie: weerspiegeling en beschouwing. Op het metalen statief in de tentoonstelling bevindt zich geen toestel. Maar er is wel een kijker. Dat is de bezoeker.
Karikaturaal: een statief heeft in het Nederlands poten, minder vaak benen. In het Frans heeft het ‘des pieds’. Voeten dus, net als een fotograaf of een tentoonstellingsbezoeker. ‘Un statif’’ heet ook ‘un trépied photographique’. Voor de mens een voet te veel.
Komt het door het statief dat er staat dat de bezoeker de rol van fotograaf begint over te nemen? Een juist standpunt zoekend, naar rechts en links bewegend, een stap voor- of achteruit zettend? Tot de positie van het statief samenvalt met het al gemaakte beeld, alsof hijzelf de fotograaf van de fotograferende vrouw is? Of de spiegel?
In ieder geval: alsof.
____
‘Beelden uit een tentoonstelling’ staat stil bij een op een tentoonstelling gezien werk. In dit geval: Portrait de Maria Gilissen avec Statif (1967) van Marcel Broodthaers, Coll. Museum Voorlinden, Wassenaar. Tot 5 februari 2017 te zien in Van Broodthaers tot Braeckman. Fotografie in de beeldende kunst in België, M HKA, Antwerpen.