Gepubliceerd op: dinsdag 16 februari 2016

‘Om de relatie tussen deze woorden te kunnen ontdekken, maakte ik een lange wandeling langs de IJssel.’

brieven

De brieven van mijn moeder kan ik niet lezen. Ik bestudeer ze meerdere keren, maar ik begrijp er niets van.
    Van haar losse woorden moet ik zelf een zinnetje maken, me een beeld vormen zodat ik weet wat ze ermee bedoelt.

Zo begint het korte verhaal De brieven van Kader Abdolah. Meteen wordt duidelijk dat we hier te maken hebben met een verhaal dat zelfbewust is. Dat het gaat hebben over taal, lezen en schrijven, interpreteren en verbeelden, werkelijkheid en fantasie. Maar we kennen Abdolah niet als een ‘moeilijke’ schrijver. We verwachten geen doorwrochte zinnen, geen quasidiepzinnig geleuter, maar een directe stijl en een sterke betrokkenheid bij het echte leven. Hij zal ons in dit verhaal niet teleurstellen.

De brieven gaat over de brieven die de naamloze hoofdpersoon van zijn moeder ontvangt. De hoofdpersoon is uit zijn land gevlucht, zijn moeder is achtergebleven. De moeder kan wel lezen, maar heeft nooit leren schrijven. Vandaar dat de brieven moeilijk leesbaar zijn en de zoon veel moet interpreteren, eigenlijk gewoon fantaseren, om er iets van te maken. En dat is des te opmerkelijker, omdat hij haar gevraagd heeft hem brieven te schrijven om het fantaseren tegen te gaan.

‘Als u mij niet schrijft, wie zal het dan doen? Hier ga ik dood van al dat gefantaseer. Bind me met je brieven aan de werkelijkheid. Zet gewoon een paar woorden op papier en stuur ze mij toe. Alsjeblieft, probeer het maar.’

Iedere keer als de hoofdpersoon een brief van zijn moeder krijgt, gaat hij naar de dijk aan de IJssel, overdenkt en fantaseert de inhoud van de brief bij elkaar. Hij spiegelt zich aan de wilde ganzen, waarvan hij niet weet ‘of ze hier thuishoren of dat ze op doorreis zijn’. Ze schrijft hem dat zijn vader in het ziekenhuis is opgenomen. En later dat hij is overleden. Ze heeft het er uiteraard moeilijk mee. De hoofdpersoon zelf ook. Hij zou eigenlijk terug moeten gaan, zijn traditie vereist dat, maar de afstand tot zijn land, tot zijn cultuur is onoverbrugbaar geworden.
Die afstand is een belangrijk thema in het verhaal. Het haakt in op het onderscheid dat het verhaal maakt tussen geschreven woorden, de brieven, die afstand kunnen overbruggen, en gesproken woorden, die nabijheid vereisen. Zijn moeder heeft weliswaar moeite met schrijven, maar ze ‘vertelde verhalen die ik nooit vergeten zal’. Maar gesproken woorden op afstand zijn geen succes, zoals uit de ervaring van een telefoongesprek met zijn moeder blijkt.

En ik hoorde de stem van mijn moeder. Tegelijkertijd zag ik de mensen naar het station rennen om hun trein niet te missen. Ik hoorde haar en ik keek naar een grote poster op een reclamebord. Een poster van een halfnaakte vrouw leunend op een stoel, gordijnen achter haar. (…) Ik hoorde haar en ik hoorde haar niet. Het was geen gesprek, maar een fata morgana.
   ‘Hallo moeder!’ Je hebt je moeder en je hebt haar niet. Je raakt uit je evenwicht. Je blijft tussen werkelijkheid en fantasie hangen.
    Nee, ik bel haar niet. Zij mij ook niet. Wie weg is, is weg. Wie je niet bij je hebt, heb je niet bij je. Een vogel in de lucht en tegelijkertijd in je hand, bestaat niet.

Het verhaal De brieven gaat uiteindelijk over afstand. Over ontheemd zijn. Over gedwongen zijn van een afstand afscheid te moeten nemen van een dierbare. Kader Abdolah heeft dat gedaan in een nadrukkelijk geconstrueerd verhaal dat over taal en verhalen gaat. Misschien is dat niet zo vreemd, want de kracht van woorden en verhalen is een belangrijk thema in Abdolah’s oeuvre. En ook in dit verhaal is het die kracht die de hoofdpersoon en zijn moeder weet bij te staan in moeilijke tijden. De hoofdpersoon zingt aan het einde van het verhaal een liedje ‘dat je zingt als je van ver van een geliefd iemand afscheid moet nemen.’ Op deze manier kan hij toch in overeenstemming met zijn traditie en cultuur met de situatie omgaan. Dankzij de woorden van een liedje. Zoals zijn moeder schreef:

Je had me eerder moeten leren schrijven. Nu ik je schrijf, kan ik alles een stuk beter verdragen.

Over de auteur

Jeroen van den Heuvel

- Jeroen vertaalt poëzie en kinderboeken. Daarnaast schrijft hij essays over poëzie. Hij is redacteur van ooteoote.nl.