Gepubliceerd op: donderdag 19 februari 2015

De regels XXXIV

‘het is het land dat niet ophoudt waar de wolken beginnen.’
uit ‘Terug naar Acedia’, Erik Lindner

Een beschrijving van een soort paradijs, van een land van onbegrensde mogelijkheden, niet aan grond gebonden. Welk land? Acedia.

Acedia

Het gedicht heet ‘Terug naar Acedia’, de bundel waar het in staat heet Acedia. Het wordt langzamerhand onmogelijk iets over het werk van Erik Lindner te zeggen zonder over Acedia te beginnen.

Acedia is een van de zeven hoofdzonden, de luiheid, maar in Lindners werk staat het voor iets breders, voor een levenshouding, voor afstand en onthechting. Niet ingrijpen. Dat is ook wat de bijna altijd verzwegen waarnemer in de gedichten doet. Hij grijpt niet in. Hij neemt waar. Hij tekent zijn waarnemingen op, zonder interpretatie, zonder zingeving. Hij zet ze onder elkaar. Er spreekt een verbeten vasthoudendheid uit je te redden met de wereld zoals die zich aan je voordoet.

Acedia is geen land, maar je kunt het kennelijk wel waarnemen als land.

De regel begint met dat vreemde, haast onbeholpen ‘Het is het’. Meestal wordt in dit soort gevallen ‘Dit is het’ of ‘Daar is het’ gebruikt, maar Lindner kiest voor de kaalste, meest in zichzelf opgesloten vorm. En dat past natuurlijk bij zijn Acedia. De regel beweegt bijna helemaal in drieën, om de drie lettergrepen een klemtoon. ‘het is het land dat niet ophoudt waar de wolken beginnen.’ Alleen die drie lettergrepen, ‘houdt waar de’, die houden zich niet aan het ritme, en er zou nog een lettergreep achteraan horen. Er zit bijna geen klankverwantschap in de regel. Alleen de l van ‘land’ en de o van ‘ophoudt’ komen terug in ‘wolken’. In die wolken concentreert de regel zich.

Je kunt de regel op twee manieren lezen. Het land kan verder gaan waar de wolken beginnen, tot achter de wolken. Je kunt het einde niet zien. Je kunt ook een komma denken na ‘ophoudt’. Dan zijn de wolken onderdeel van het land geworden, dan zet het land zich voort in wolken.

Schetst Lindner hier een ideaal? Ik kan me niet anders voorstellen dan dat hij gezien heeft wat hij hier beschrijft. Hij heeft het waargenomen en opgeschreven zoals het zich aan hem voordeed. Dat het op een ideaal lijkt is zijn zaak niet. Dat moet de lezer maar uitzoeken.

Elke week onderzoekt Han van der Vegt hier de geschreven en ongeschreven regels van de Nederlandse poëzie.

Over de auteur

- is dichter en vertaler. Zijn bekendste gedicht is Exorbitans, dat niet alleen als bundel maar ook als ruimteopera op cd is verschenen, met muziek van Jan Frans van Dijkhuizen. In 2015 verschijnt zijn nieuwe bundel Navigatiesystemen. Han van der Vegt schreef ook de kinderboeken Het rode ei en Het zwarte ei.