Gepubliceerd op: donderdag 29 januari 2015

De regels XXXI

‘Om onze hals de valuta van angst, de strop’
uit ‘Pro domo 5’, Hester Knibbe

‘Pro domo’ gaat over de tijd net na de zondeval. De mensen zijn uit het paradijs verbannen en zoeken zich een eigen weg op aarde. Ze leven nomadisch, ‘s avonds tevreden met een plek om te liggen, overdag onderweg.

De regel begint met een assonantie, ‘Om onze’. ‘Om’ heeft bovendien een accent. Daarmee is de o stevig verankerd in de regel. De accenten vallen vier keer om de drie lettergrepen. Omdat ‘hals’ en ‘angst’, vrij dicht opeen, dezelfde korte a hebben, lijken ze meer nadruk te krijgen dan de andere accenten. De angst komt zo dichter om de hals te liggen. Dan valt de strop, abrupt als altijd, al na één onbeklemtoonde lettergreep. De klank klinkt nog na van de o’s aan het begin. Het is haast alsof die drie o’s zich als stroppen om de hals strikken.

Maar valuta, dat apart staat, is het opmerkelijkste woord in de regel. Het is een vreemd woord dat niet in de beschreven tijd past. Het is een Fremdkörper in de regel.

Het staat nergens, maar de regel doet me direct denken aan het gebruik van veel nomadenstammen om de vrouwen het geld om de hals te hangen. De muntjes worden met ringetjes aan elkaar verbonden, tot patronen aaneengeschakeld, versierd met allerlei verbindende elementen. Zo hebben ze een dubbele functie, betaalmiddel en sieraad.

Sieraden

Als Hester Knibbe dit gebruik kent, dan voegt ze er nog een functie aan toe: de strop. Ze associeert al dat geld om je nek meteen met angst, met dodelijke benauwenis.

De ‘valuta van angst’. Vanaf de zondeval (wat je je daarbij ook wil voorstellen) zijn voedsel en vriendschap zijn geen vanzelfsprekendheden. De wereld is een vijandige plaats waar je altijd op je hoede moet zijn en je doortocht moet afkopen. Je dekt je tegen gevaren in met geld dat tegelijk een nieuw risico vormt, op roof en roofmoord.

Door het woord ‘valuta’ te gebruiken legt Knibbe natuurlijk nadrukkelijk een verband met onze eigen tijd waarin geld nog steeds zowel een weermiddel tegen angst als een bron van nieuwe angsten is.

Elke week onderzoekt Han van der Vegt hier de geschreven en ongeschreven regels van de Nederlandse poëzie.

Over de auteur

- is dichter en vertaler. Zijn bekendste gedicht is Exorbitans, dat niet alleen als bundel maar ook als ruimteopera op cd is verschenen, met muziek van Jan Frans van Dijkhuizen. In 2015 verschijnt zijn nieuwe bundel Navigatiesystemen. Han van der Vegt schreef ook de kinderboeken Het rode ei en Het zwarte ei.