De regels XXII
‘- de aarde is de vijand van de adem.’
uit ‘Foetus’, Jan G. Elburg
De regel heeft de vorm van een definitie. Een logische propositie. De formulering is haast abstract, samengesteld uit even monumentale als ongrijpbare begrippen. Wat is die aarde waar het hier over gaat? Is het de aardbol? Is het de grond? Wat is de adem, gaat het om het proces van inademen of om de lucht die je inademt? In welk opzicht is de aarde de vijand van de adem?
De regel is opgebouwd uit drie bijna evenwaardige delen, drie maal vier lettergrepen. Alleen aan het begin van de regel ontbreekt een lettergreep, die is ingeslikt en vervangen door een gedachtestreepje. De tweede lettergreep is telkens het lidwoord ‘de’, de derde is beklemtoond. De beklemtoonde woorden, met volle klinkers, dragen de betekenis. De lange a’s betrekken ‘aarde’ en ‘adem’ op elkaar, twee gelijke delen die door ‘vijand’ in verband worden gehouden.
Enerzijds lijkt de inhoud volstrekt logisch. Aarde en adem zijn van een volkomen andere substantie, zijn andere elementen. Ze moeten wel elkaars tegengestelden zijn. Anderzijds kun je het aanvankelijk niet voorstellen: de aarde, die goede moeder aarde, die heel haar overvloed toch altijd deelt met alle wezens die op haar verkeren, een vijand van het leven?
Maar dan begrijp je wat er staat: elke adem is aan de lucht onttrokken in weerwil van alles om ons heen. Leven is een hachelijke, vergankelijke staat, een tijdelijk bevochten post in vijandelijk gebied. De aarde lijkt misschien gul, omdat we haar voorlopig bedwongen hebben. We persen haar de gulheid af, we knijpen haar uit. Intussen wacht ze af, ze weet dat haar kans om terug te slaan nog wel komt.
Met dat besef wordt de regel een weliswaar tijdelijke overwinning. Ondanks alle vijandschap heeft de adem zich weten samen te ballen in een waarheid die langer blijft hangen dan de adem stroomt. Want er zijn vele waarheden, die elkaar regelmatig uitsluiten. Maar dit is er één van.
Elke week onderzoekt Han van der Vegt hier de geschreven en ongeschreven regels van de Nederlandse poëzie.