Gepubliceerd op: donderdag 31 juli 2014

De regels X

‘Luister met uw lippen aan mijn oog’
uit Gesprek met mijn geheugen, Paul Snoek

De intimiteit is zinderend. Je lippen toelaten op je oog, je hoort er niet vaak over maar het moet een blijk zijn van volkomen vertrouwen, van volkomen kwetsbaarheid.

Technisch is het een gewone, heldere regel. Er staan geen vreemde woorden in. Er komen geen omkeringen of ingewikkelde constructies in voor. Het ritme is regelmatig, vijf gelijke versvoeten. De herhaling van de l in ‘Luister’ en ‘lippen’ geeft er een zekere vanzelfsprekendheid aan, maar is niet bijzonder nadrukkelijk. Dat alles geeft een zekere onschuld aan de regel. Hij lijkt vrij van enig effectbejag. Daardoor is het beschreven beeld des te aangrijpender.

giant-eye1

Wie wordt hier aangesproken? Is het een geliefde? Of is het de lezer? Of is de lezer de geliefde? De schrijver Willem Brakman stelde dat hij een erotische relatie met de lezer wilde aangaan, en hij was zeker niet de enige schrijver die zo over zijn werk dacht. Paul Snoek mocht zijn lezer graag direct aanspreken: Welkom in mijn onderwereld heet een van zijn bekendste bundels.

Waar moet de aangesprokene naar luisteren? Wat valt er te horen met je lippen aan iemands oog? De regel gaat mogelijk uit van ‘Luister met je oor aan mijn lippen’ maar de dichter heeft vervolgens alles door elkaar gegooid. De regel levert een wirwar van kruisverbindingen op: het gehoor voelt met de lippen, de smaak van de mond luistert, en het oog spreekt.

Want de regel suggereert spraak, al wordt dat niet vermeldt: er valt wat te luisteren en er zijn lippen in het spel. Er wordt hier iets meegedeeld. Er staat niet wat, maar het moet verschrikkelijk persoonlijk zijn. Vermelden wat het is zou daar alleen maar afbreuk aan doen.

Of is er nog een andere mogelijkheid? Stel dat de lezer hier wordt uitgenodigd om te proeven van wat de dichter ziet? Niet wat hij direct ziet, want met die lippen op zijn oog ziet hij natuurlijk weinig, maar wat hij aan beelden ziet. Zoals bijvoorbeeld het beeld in deze regel. Dan valt de regel met zichzelf samen. Klank en beeld vormen een geheel.

Waarom moet hij dan zijn lippen op het oog leggen, en niet zijn oor? Omdat hij een lezer is. Hij moet de regel eerst zelf uitspreken.

Elke week onderzoekt Han van der Vegt hier de geschreven en ongeschreven regels van de Nederlandse poëzie.

Over de auteur

- is dichter en vertaler. Zijn bekendste gedicht is Exorbitans, dat niet alleen als bundel maar ook als ruimteopera op cd is verschenen, met muziek van Jan Frans van Dijkhuizen. In 2015 verschijnt zijn nieuwe bundel Navigatiesystemen. Han van der Vegt schreef ook de kinderboeken Het rode ei en Het zwarte ei.