LL48: Miriam Van hee – boottocht
wat ook het doel van de reis
wel mag wezen, zeker is dat
wij de duistere helft tegemoet
gaan, eilanden scheren voorbij
zon is nog waar wij haar zien,
op andere schepen, op zichtbare
afstand, op de golven fonkelen
onkenbare sterren van water
achter glas varen wij, in een
droom, waar niemand ons raken
kan van op het land, wij klieven
het water in twee, wij twijfelen
niet, het is een andere klank, wij
stellen ons voor hoe de vogels
ontwaken, hoe in de ene na
de andere boom hun gezang
aanzwelt, van land en water en
van verlangen zijn wij gemaakt
____
Miriam Van hee (1952) is dichteres, vertaalster en slaviste. Voor haar poëziedebuut Het karige maal (1978) kreeg zij de Oostvlaamse prijs voor Letterkunde. Daarna verschenen de bundels Binnenkamers en andere gedichten (1980), Ingesneeuwd (1984, haar eerste bundel bij De Bezige Bij), Winterhard (1988, Jan Campertprijs), Reisgeld (1992, Dirk Martensprijs), Achter de bergen (1996, Driejaarlijkse Cultuurprijs voor Poëzie van de Vlaamse Gemeenschap), Het verband tussen de dagen (1998, een selectie uit haar bundels) en De bramenpluk (2002). Haar meest recente bundel Buitenland (2007) werd bekroond met de Herman De Coninckprijs en meerdere malen herdrukt. Daarnaast verschenen er de afgelopen jaren dichtbundels van haar in het Engels, Spaans, Duits, Frans, Russisch, Litouws, Pools, Zweeds en Zuid-Afrikaans.
Haar nieuwe dichtbundel ook daar valt het licht zal komende maand bij de De Bezige Bij verschijnen.
[…] MAS ligt. Traditiegetrouw is de eerste avond (donderdag 13 juni) gewijd aan de Belgische poëzie. Miriam Van hee stelt dan haar langverwachte nieuwe bundel ook daar valt het licht voor. Andere Belgische dichters […]