Gepubliceerd op: vrijdag 18 januari 2013

LL44: Erik Spinoy – Vier jaar later duik ik uit de golven op

 

Vier jaar later duik ik uit de golven op: koud, echt berenkoud, het vriest voor
onbepaalde tijd.

Vier jaar later wou ik graag een zeemleergladde zeehond zijn. Zeezout in mijn snor,
een sterke staart stuwt me vooruit achter verslonsde vissers aan ik leef
van jacht en bijvangst: kabeljauw en schar en grauwe poon.

Vier jaar later staan er plotseling nieuwe filmpjes op het internet.
Beschamend, toch?

Vier jaar later sla ik hondsbrutale meeuwen van me af.

Vier jaar later bonst politie op mijn deur en eist zowaar een Ausweis.
Maar dan geef ik niet thuis!

Vier jaar later blijkt de vijgenoogst een onverhoopt succes in Algerije.

Vier jaar later bloeit er op mijn onderbeen een roos van rood eczeem.

En vier jaar later tuit ik lippen voor een luchtzoen, strek verlangend lange armen uit
en zoen nu écht: vol op de volle opgespoten lippen.

Kome wat wil.

Was het nu echt vier jaar?

 

_____

Erik Spinoy (1960) publiceerde onder meer de volgende dichtbundels: De jagers in de sneeuw (Manteau, Antwerpen, 1986), Susette (Arbeiderspers, Amsterdam, 1990), Boze wolven (Meulenhoff, Amsterdam, 2002), L (Meulenhoff, Amsterdam, 2004), Ik, en andere gedichten (Meulenhoff/Manteau, Antwerpen, 2007) en Dode kamer (De Bezige Bij Antwerp, Antwerp, 2011). Voor Dode kamer ontving hij de Jan Campertprijs 2011.

Over de auteur

- Rozalie Hirs is redacteur van de LL-serie (Lage Landen-serie) en Vertaallab op Ooteoote. Daarnaast is zij dichter van boeken en digitale media. Zie ook www.rozaliehirs.nl.