Albert Verbeek is terug uit Parijs en geniet van zijn nieuwe stek in Bos en Lommer, Amsterdam. Voorheen woonde hij in Oud-Zuid, in de Wouwermanstraat. Daar had hij drie memorabele buren. Eén ervan was Hans Teeuwen:

“Hans Teeuwen. Hij zorgde voor de nodige reuring. Ik zou een boek kunnen schrijven met de titel Ik en mijn schuintegenoverbuurman. Het wonderlijke leven van Hans Teeuwen, gezien door een TELELENS. Altijd liederlijk dronken en doorgeblowd door de straat zwalkend. Altijd de politie te slim af. Soms, in het holst van de nacht, als hij de eenzaamheid niet langer kon verdragen, deed Hans het raam open en zette hij de Nederlandse vlag in de vlaggenhouder aan de buitenkant van zijn erker. Vervolgens ging hij, zoals hij dat noemde, zijn huis afrukken. Met veel misbaar bewoog hij zijn handen langs de vlaggenstok op en neer, aldoor jammerend, voor de hele straat hoorbaar: ‘Ik ruk mijn huis af. Ik ruk mijn huis af.’ Ook Hans hoorde niet in deze straat, te ordinair, te geniaal.”

Meer buren van Albert Verbeek op zijn website.