Gepubliceerd op: maandag 6 februari 2012

Verzameld proza van Kurt Köhler

Verzameld Proza

Het is letterlijk tien jaar geleden dat ik me voor het eerst in het werk van Kurt Köhler ben gaan verdiepen. Ik behandelde hem – achteraf gezien kort – in mijn eindscriptie en ook in de jaren die volgden, tijdens het schrijven van mijn proefschrift, bleef ik zijn werk lezen en bleef ik ook bronnen aanboren in de hoop het wonderlijke leven en werk van deze Antwerpenaar (eigenlijk heette hij Stan Soetewey, 1907-1945) beter te kunnen begrijpen. Waarom bleef deze ongemeen spannende auteur – in mijn ogen een schrijver die een veel grotere literaire durf aan de dag heeft gelegd dan menig gecanoniseerde ‘modernist’ – zo’n marginale figuur? Had het iets te maken met zijn tragische politieke evolutie? En hoe kon het eigenlijk gebeuren dat Köhler, die zich zo kritisch had opgesteld tegenover het activisme en de schrijvers uit de generatie van Paul van Ostaijen, uiteindelijk bij de SS-Vlaanderen terechtkwam? Het waren vragen die me tien jaar lang bezig hebben gehouden.

Kurt Köhler publiceerde in 1933 en 1934 twee romans: Baltazar Krull’s hart zingt maneschijn en Vade mecum voor de jonge zelfmoordenaar. Daarin schetste hij een tegelijkertijd vermakelijk en ontluisterend beeld van een generatie verdwaalde idealisten. In hun zoektocht naar ideologische houvast vinden zijn personages alleen een chaos, die in het beste geval aanzet tot zelfdoding en in het slechtste geval uitmondt in een betreurenswaardige vorm van burgerlijk conformisme. Het was een boodschap die Köhler met het nodige sarcasme wist te brengen, maar waarmee men destijds niet veel kon aanvangen. De literaire elite meende dat de tijd van het experiment voorbij was. Aan één Paul van Ostaijen had de literatuur meer dan genoeg, zo luidde de simplistische redenering. En voor de idealisten die zich min of meer in deze teksten herkenden, rook dit werk te veel naar revolutionair socialisme, terwijl zij hun hoop langzamerhand op een volkse versie van het nationalisme hadden gericht. In die artistieke en ideologische chaos was het werk van Köhler geen lang leven beschoren. Voordat hij zich als schrijver had laten gelden, was hij alweer uit de literatuurgeschiedenis verdwenen.

Toch behoren de boeken van Kurt Köhler tot het meest uitdagende wat de Nederlandstalige literaire avant-garde te bieden heeft. Ze zijn snel, absurd, kritisch en bezitten een ongeziene aforistische kracht. Bijna tachtig jaar na hun eerste verschijnen voelen ze nog steeds nieuw aan. Vreemd ook; alsof ze eigenlijk in een andere literatuur thuishoren.

Tijdens dat jarenlange onderzoek (dat uiteraard ook wel eens werd onderbroken door iets anders) groeide al gauw het verlangen om Köhlers opmerkelijke werk opnieuw uit te geven. Zijn romans waren alleen beschikbaar in de moeilijk te vinden originele uitgaven en in de herdrukken uit 1978, die – hoewel zeer mooi uitgevoerd – toch vooral de sporen droegen van de crisis waarin ze tot stand waren gekomen. Talloze zet- en schrijffouten maakten de lectuur van dit bijzondere werk erg lastig. Ergens in het Vade mecum zaten bijvoorbeeld vier pagina’s kriskras door elkaar, ook in de lichtjes geredigeerde herdruk. Mede daardoor is Kurt Köhler nooit veel meer dan een curiosum geworden.Tussen de wens om Köhlers Verzameld proza uit te geven en de daadwerkelijke publicatie ervan, stonden echter heel wat praktische bezwaren. Niet in de laatste plaats het werk zelf. Toen ik een jaar of twee geleden samen met Liesbeth Vantorre aan de editie begon, bleken de uitgaven nog gebrekkiger dan op het eerste gezicht al duidelijk was. We begonnen aan een puzzel die voortdurend van vorm leek te veranderen en telkens weer nieuwe moeilijkheden onthulde. Op een gegeven moment bleek bijvoorbeeld dat het drukproces van Vade mecum voor de jonge zelfmoordenaar moet zijn onderbroken omdat iemand een grote zetfout had ontdekt op een van de eerste bladzijden van het laatste katern. Een regel uit een opsomming bovenaan pagina 115 was helemaal onderaan de pagina beland. De persen werden gestopt en de regel werd verwijderd (maar niet op de juiste plek ingevoegd). Vervolgens ging men verder met het drukken van de min of meer verbeterde tekst. De foute katernen werden echter ook gewoon gebruikt, zodat er twee verschillende versies van de eerste druk van het Vade mecum ontstonden. Dit soort ontdekkingen maakte van het maken van dit boek zowel een bijzondere als een zenuwslopende ervaring.

Maar nu is het boek er. Kurt Köhlers Verzameld proza bevat behalve Baltazar krull’s hart zingt maneschijn en Vade mecum voor de jonge zelfmoordenaar ook alle nagelaten verhalen en de overgeleverde fragmenten van een onvoltooide roman. Het boek is prachtig vormgegeven door Stephane De Schrevel, bevat een uitgebreid nawoord door ondergetekende en is rijk geïllustreerd. Vanaf deze week is het boek te verkrijgen bij de betere boekhandel of bij de uitgevers ASP en Letterenhuis.

Over de auteur

Displaying 4 Comments
Have Your Say
  1. Will van Sebille schreef:

    Ergens in een jachthaven lag tussen de boeken die passanten mochten meenemen, mits ze zelf een boek achterlieten een boek in een amateuristisch gedrukte vorm – het leek eerder een stencil dan een boek – met de intrigerende titel ‘vade mecum voor de jonge zelfmoordenaar’. Ik wilde het meenemen maar iemand anders was me voor. De titel bleel hangen, dus nu ben ik heel benieuwd naar het boek. Alleen het is niet te kopen via APS (link werkt niet) of het Letterenhuis. Jammer, maar ik zoek nog wel een boekwinkel.

  2. De link is gerepareerd. Vanuit Nederland is het overigens te overwegen om de bestelling door een boekhandelaar te laten verrichten. De verzendkosten blijken nogal hoog. Dit is het ISBN-nummer: 9789054879510

  3. Paul de Ridder schreef:

    Gefeliciteerd met deze uitgave! In 1980 maakten Krull en het Vademecum een ongelofelijke indruk op me. Zijn stijl sloot dan ook volkomen aan bij de belevingswereld van punk en new wave.

  4. J. Soetewey schreef:

    Ik heb deze boeken vanaf mijn kindertijd in de boekenkast zien staan en eens oud genoeg ze daadwerkelijk gelezen en herlezen.
    De verwijzingen naar de punk en new wave vind ik zeer terecht. De proza is tijdloos.
    Prachtig om te zien dat Köhler na al die decenia nog steeds kan bekoren.