Gepubliceerd op: woensdag 25 januari 2012

Jan Lauwereyns wint de VSB-poëzieprijs 2012

Erik Lindner in De Groene Amsterdammer:

“Jan Lauwereyns is de winnaar van de VSB-poëzieprijs 2012. Dat is zacht gezegd een verrassing. Hoge ogen gooide Anne Vegter met haar bundel Eiland berg gletsjer. Ik hield het goed voor mogelijk dat de prijs naar Erik Spinoy zou kunnen gaan voor Dode kamer. Als de jury net als vorig jaar de coryfee onder het vijftal genomineerden had uitverkoren, dan was Willem Jan Otten de winnaar met Gerichte gedichten. En dan was er ook nog de sympathieke bundel Ezelkraakbeen van Peter Ghyssaert als kandidaat.

Ik weet het, jury’s blijven tot op het eind onvoorspelbaar. Het juryrapport benadrukt tot tweemaal toe dat de keuze voor de laureaat unaniem was: ‘een bundel waarin elk jurylid andere en nieuwe aspecten vond’, en ‘alle juryleden beamen’ dat de poëzie met Hemelsblauw van Jan Lauwereyns een nieuwe weg inslaat. Het lijkt er bijna te staan om mij van mijn ongeloof af te willen helpen. Misschien heb ik voor mijn inschatting te veel gekeken naar de twee dichters in de jury, Astrid Lampe en Esther Naomi Perquin, terwijl ook een goede vertaler in de jury zit, Ton Naaijkens, en een redacteur en essayist, Hans Van de Voorde.”

Lees verder in De Groene Amsterdammer.

Op Cobra staat inmiddels een korte bespreking van Hemelsblauw door Paul Demets.

Over de auteur

Displaying 3 Comments
Have Your Say
  1. janien zegt:

    Hoera! Ha, mag ik me de gelukkige bezitter noemen van een collector’s item – met een gesigneerd exemplaar van “Hemelsblauw”. Zo’n dikke prijs, die doet mijn bundel toch in waarde stijgen, nietwaar Jan Pollet?

    Gelukkige Gedichtendag! Ik zoek het poëtische woord in de Scheldepolders! Vanuit jouw toren: in de laagte. Durf het niet daarop neer te kijken. Hoewel. Ik wil me volstrekt niets aanmatigen. Wie het kleine niet eert, …

  2. F.A. van Lynden zegt:

    Als gewone poezie lezer maakt mij allemaal niet zoveel uit,het enige waar ik een hekel aan heb zijn gemakzuchtige snel in elkaar gezette flut gedichten,van ‘het boekje moest vol,dus nog maar een gedicht’. Experimentele gedichten nodigen meer uit tot dat soort gemakzucht,even een flarfje doen en klaar. Bij Wigman heb nog nooit zo’n gemakzuchtig gedicht aangetroffen,bij de rest wel.

  3. F.A. van Lynden zegt:

    oh jee deze reactie was bedoeld op het stuk van Heytze.