Gepubliceerd op: zaterdag 29 oktober 2011

De stilte met Roland Jooris en Lies Van Gasse

Naar aanleiding van CultUur van de Stilte, een Vlaamse campagne die u en mij wil doen stilstaan bij ‘de waarde van stilte, rust en ruimte in het leven van alledag’,  had De Standaard een gesprek met twee dichters: Roland Jooris en Lies van Gasse.

Roland Jooris:

“Stilte kan mensen ook afschrikken. Ik was eens met Raoul De Keyser te gast op een grote herenhoeve in Normandië. Voor ons was daar een paar uit Parijs gepasseerd. Na twee dagen hadden ze hun stoeltjes dichtgeklapt en waren ze twintig kilometer verder gereden, naar de kant van de autosnelweg. Ze wilden de auto’s weer horen, zeiden ze. Ze hielden het niet langer uit daar op die hoeve. Veel mensen schuwen de confrontatie met het wezen van de dingen. Ook de naaktheid van de taal schrikt hen af.’

‘Wegnemen,

schrijven is

wegnemen.’

(Uit: ‘Schrijven’, in Gedichten 1958-78, Roland Jooris, Lotus, 1978)

Lies Van Gasse:

‘Te veel, te luid. Je ziet het ook in de plastische kunsten. Het richt zich meer op het oog dan op het oor. Kunst voor de vluchtige blik, de kunstenaar als etalagist. De media kunnen niets aan met een kunst die naar haar naakte eenzelvigheid tracht terug te keren. Ik denk aan de silent art van Barnett Newman of Mark Rothko. Of Giorgio Morandi. Wat zou die nu nog kunnen doen in onze tijd? Met die stille schilderijen van hem waarin hij altijd maar probeerde de dingen dichter bij elkaar te zetten. Het is die kunst van de compactheid die ik zelf ook altijd heb betracht.'”

Ik hou, zoals zovele mensen, van zee en water. Als ik in Antwerpen ben, moet ik altijd even naar de kaaien. Water trekt aan, omdat het zo onbekend is. Je kunt onder de oppervlakte van alles vermoeden, zonder dat je precies weet wàt. Hier aan de kleiputten is er net genoeg te zien om iets mee te maken. En juist weinig genoeg om er rust te vinden. Voor en na de zomer is het hier uitgestorven stil.’

Maar te stil hoeft het voor Lies Van Gasse niet te worden. ‘Ik ben niet de dichter die naar de schaarste neigt. Ik zoek alle prikkels op die interessant kunnen zijn voor een gedicht. Muziek, omgevingsgeluiden.’

‘Je hebt het explosieve nodig om indrukken op te doen. Maar om daar dan iets van te maken, in woord of beeld, komt de stilte wel gelegen. Dan heb je nood aan een ruimte waarin je jezelf kunt afsluiten. Stilte structureert. Het brengt ratio na de inspiratie.'”

Lees het interview op De Standaard.

Over de auteur

Displaying 1 Comments
Have Your Say
  1. janien zegt:

    So wonderful: revisiting Roland Jooris! (Met grote schroom heb ik een uitroepteken toegevoegd, bang om de stilte te verstoren.)

    Mag het, just another ‘stiltegedicht’, van Eva Gerlach:
    http://wp.me/p2KEj-2dL.