R22: Dominique De Groen – Lijken (2k19)
Het bos ligt ook nu bezaaid met lijken:
poʻo-uli
oostelijke poema
spix’ ara
vaquita
noordelijke witte neushoorn
Hawaiiaanse boomslak.
De generaal is CEO bij groot oliebedrijf…
Uitbater van kobaltmijn…
Bouwer van stuwmeer in oerwoud…
Palmoliemagnaat…
Brengt granaten vol dood geld tot ontploffing.
Plakt de bomen vol met ingewanden
en glinsterende schedels.
De lijken hebben geen lippen meer, geen ogen, geen huid en zelfs geen bloed.
Ze zijn beelden op een scherm, gewichtloos en dun.
Maar daar, in de verte, flikkert iets.
Een dode pixel roert zich.
De dode soorten komen in beweging
vormen een cirkel in het mateloos groen doods abattoir,
groeiende tombe die krimpt.
De generaal zal geen geweer tegen zijn eigen borstkas zetten,
geen kogel door zijn hart jagen,
niet dit keer,
fluisteren de dieren één voor één in elkaars oor,
rollend met dode, bloeddoorlopen ogen.
We zullen het
(fluisteren ze)
zelf moeten doen.