Gepubliceerd op: zaterdag 28 december 2013

Pygmalion in de spiegel

la superbaIllusies, ficties, fantasieën. Dat zijn voor Ilja Leonard Pfeijffer de bouwstoffen van de werkelijkheid. In zijn vorige roman, Het ware leven, een roman, voerden alle personages een of andere fictie op: de ene figuur speelde een detective à la Humphrey Bogart, de andere nam een damesromannetje als leidraad voor het leven, weer een andere een lied van Elvis Presley of Billy Joel. ‘In een wereld die in toenemende mate vergeven is van fictie, is fictie in toenemende mate het model en de enige toetssteen van ons leven,’ zei de auteur die in het boek optrad, Pfeijffer heette en uiterlijk helemaal op de reële schrijver leek.

La Superba, de nieuwe roman van Pfeijffer, trekt deze lijn door en verruimt de context. De auteur voert zichzelf opnieuw op als personage, ditmaal via zijn voornamen. In Het ware leven, een roman zat Pfeijffer in een Leids café en werd hij verliefd op een serveerster. In La Superba zit Ilja Leonardo in de Bar met de Spiegels en wordt hij verliefd op de barvrouw. Leiden is vervangen door Genua, de Leidse schone is ‘het mooiste meisje van Genua’ geworden. Ficties en illusies blijven het drijfzand waarop de personages hun droomkastelen bouwen. Drie van die paleizen trekken de aandacht en worden in de roman expliciet gethematiseerd: de liefde – die kenden we uit Het ware leven, een roman, maar ze neemt hier toch andere, meer fantastische vormen aan –, het schrijven – ook dat kenden we al – en min of meer nieuw: de migratie. Pfeijffer heeft in de werkelijkheid Leiden verruild voor Genua, de fictie volgt. Of is het omgekeerd?

Bart Vervaeck over La Superba van Ilja Leonard Pfeijffer op de Reactor.

Over de auteur