‘De Russen versla je niet’ – Interview met Johan de Boose in Vooys
Tijdens de voorbereidingen voor het nieuwe nummer van Tijdschrift Vooys stelde Johan de Boose de redactie per e-mail een plek om nooit te vergeten in het vooruitzicht: het Gentse café en cultuurcentrum Vooruit. Er bleek geen woord van gelogen. De programmatische naam is met rode bakstenen in de indrukwekkende gevel gemetseld van dit voormalig socialistische bastion. Ter herkenning ligt zijn omvangrijke roman Bloed- getuigen voor redacteuren Lucas van der Deijl en Evelyne van der Neut op de kleine cafétafel, een volledig in het rood uitgevoerde ‘baksteen’.
Johan de Boose (1962) promoveerde in de slavistiek, schreef veel over Kroatië, Polen en Rusland en publiceerde enkele romans en dichtbundels. In 2011 verscheen ‘Bloedgetuigen.’ Na al zijn historiografische werk over Oost-Europa wilde hij eens radicaal breken met de regels van de non-fictie. Hij verlangde naar empathie met de getuigen van het verleden dat hij zo vaak beschreven had: ‘wat zou ik gedaan hebben op dat moment in de geschiedenis?’, was de leidende vraag. Het resultaat werd een imposant epos over drie bloedgetuigen van de twintigste eeuw: de Russische Kamila, de Vlaamse Jean en de Russische jood Ljev. Maar toen kwam toch weer de reflex boven om de geschiedenis te vertellen en creëerde hij een vierde personage. Na elke drie hoofdstukken geeft de twintigste eeuw als een 99-jaar oude, opgedirkte slettenbak zonder geweten – maar met een perfect geheugen haar onverbloemde commentaar op de besproken periode.
Bijzonder aan Bloedgetuigen is natuurlijk dat de geschiedenis als personage opgevoerd wordt. Waarom is zij een slettenbak?
‘Dat gaf mij meer mogelijkheden om op een hele demonische manier over de geschiedenis te spreken. Voor iemand die geen geweten, geen enkele scrupules of geen besef van moraal of ethiek heeft, is alles mogelijk, zelfs het vulgaire. En waarom een vrouw? Dat weet ik niet, ze was er opeens.
Lees het hele interview met Johan de Boose op de website van Vooys.