Gepubliceerd op: donderdag 8 november 2012

Jacques Northe (1934-2012)

© Els van ’t Klooster

 

Ik ben wachtende op het grote moment, waarop alles me duidelijk wordt, waarop ik onder woorden kan brengen wat ik altijd gezocht heb. Dat moment, wanneer ik tot in mijn knoken doordrongen ben van het enige waar het op aankomt, zal enige seconden vallen voor mijn dood.
Jacques Northe, Amortisatie

 

Jacques Northe (pseudoniem van Jacques Sitter) werd in 1934 geboren in Amsterdam. Na zijn studie geschiedenis in de jaren vijftig was hij werkzaam in de theater-, film- en operawereld, onder meer in Berlijn, Zürich en Parijs. In 1974 verscheen het eerste deel van zijn eigenzinnige, meanderende debuutroman Amortisatie dat hij in een oplage van 150 gestencilde exemplaren zelf uitgaf. Fragmenten uit het manuscript Wenk werden in 1978 afgedrukt in Raster en het Vlaamse tijdschrift Heibel. Daarna bleef het lange tijd stil rond de schrijver die zo veelbelovend zijn opgang naar de letteren maakte.

Zijn werk werd herontdekt door Lucas Hüsgen die in de Koninklijke Bibliotheek onderzoek deed voor zijn anthologie van het beschouwend werk van Rein Bloem, Lees dat en herlees dat (Perdu, 2010). Bloem toonde zich in Vrij Nederland zeer enthousiast over Amortisatie. Ook de Vlaamse criticus Leo Geerts besprak het boek juichend in De Nieuwe, en voor de Volkskrant interviewde Lidy van Marissing de onbekende schrijver uitvoerig.

Ondanks de positieve ontvangst van zijn debuutroman kwam Northe uiteindelijk nergens door de selectie (waarvoor Bloem in zijn recensie al vreesde). Hüsgens nieuwsgierigheid was niettemin gewekt. Hij wist de adresgegevens van de prozaïst te achterhalen en maakte een afspraak met hem. In huize Northe stuitte Hüsgen op een enorm onuitgegeven literair oeuvre van ongeveer drieduizend pagina’s groot, waarvan een flink deel met de hand was geschreven.

Hüsgen besloot een werkgroep te formeren om het oeuvre te ontsluiten en te digitaliseren. Samen met Frank Keizer, Els van ’t Klooster, Samuel Vriezen en Han van der Vegt zette hij de eerste schreden tot het doorploegen van het proza dat onvermijdelijk enkele gedateerde sporen bevat, maar waarvan de grote literaire kwaliteit onmiddellijk vaststond.

Een eerste vrucht van hun arbeid betreft een publicatie uit Amortisatie in literair tijdschrift Parmentier (jg. 20, nr. 3), ingeleid door Hüsgen. Deze roman, die uit drie delen bestaat, gaat over ene Waldemar in wiens nalatenschap een onvoltooid manuscript wordt aangetroffen over een redactiecommissie die een liber amicorum over de Duitse dirigent Wilhelm Furtwängler moet uitgeven. Dat verhaal, met zijn talrijke culturele en politieke vertakkingen, is zo bizar dat een naamloze inleider (die in de verte doet denken aan Charles Kinbote uit Pale Fire van Vladimir Nabokov) zich geroepen voelt om de tekst van annotaties en commentaar te voorzien. Een citaat:

Furtwängler levend tussen de noten, schone letteren en plastische uitingen uit alle perioden van onze beschaving. Deze voorname mens, deze integere en intelligente geest, die wij in nood rare sprongen zullen zien maken. Die aan de andere kant – dat is het meest frappante –zijn muziek maken vrij wist te houden én van zijn eigen negativisme én van wat hij doormaakte. Furtwängler is de ondergang van een wereld, van een groep, van een ingewikkeld systeem van denken, aanvoelen en doen, dat culmineerde in celebraties van het schone, waarbij hij als voorganger optrad. Zoals hij voortzetter was van het voorafgaande, zo zijn wij het van hem.

Daarnaast organiseerde de werkgroep op 27 april 2012 in Perdu een avond over het werk van Northe. Daar spraken Johan Herrenberg, Han van der Vegt en Eric Verbugt. Volgens Herrenberg beweegt Amortisatie zich tussen twee uitersten: ‘tussen totale literaire inzet en een besef van de totale futiliteit ervan’. Dat Northe heel wat van zijn lezers eist, blijkt ook uit de lezing van Verbugt, waarin met name de muzikale en compositorische eigenschappen van deze roman worden ontleed. De beloning is navenant groot: Northes intelligente, virtuoze proza biedt onvermoede vergezichten.

De afgelopen maanden bevond Northe zich in een verpleegtehuis. Vanochtend heeft hij, vanwege de uitzichtloosheid van zijn situatie, euthanasie laten plegen. Hopelijk zet de werkgroep hun noeste arbeid voort en vindt Amortisatie alsnog zijn weg naar een groter publiek.

Over de auteur

- (1978) is dichter, hoofdredacteur van Parmentier en lid van de redactieraad van DW B. Daarnaast is hij medeoprichter en redacteur van het platform voor literaire kritiek De Reactor, het literair weblog Ooteoote en uitgever bij Perdu.