Gepubliceerd op: donderdag 22 december 2011

Marsman, Robert Anker, Adriaan Roland Holst: de gelijkenissen

Fabian Stolk las de laatste bundel van Robert Anker, In het westen, de laatste trans, en trof er twee gelijkenissen in aan:

“Er is een vergelijking te trekken tussen Tempel en kruis (1940) van Marsman en deze bundel van Anker. Beide dichters zijn ontsteld over de hun tijd. Beide dichters hadden hun oeuvre in zekere zin afgesloten voor het verschijnen van weer een nieuwe bundel, door hun eigen werk te verzamelen. Marsman publiceerde in 1938 een selectieve verzameling van al zijn poëzie, proza en critisch proza, Anker verzamelde, zonder selectie, in 2008 al zijn gedichten onder de eerder al gebruikte titel Nieuwe veters. Beiden kijken na dat verzamelde werk niet alleen verontrust naar hun eigen tijd, maar proberen daarin ook hun eigen positie te peilen en te bepalen, mede door terug te blikken op het eerdere werk en hoe dat zich verhield tot de werkelijkheid. Beiden doen dat in een bundel met zeer gevarieerde gedichten; in het geval van Anker variërend van proza, toneel, woordspel en breed uitwaaierende versregels tot korte lyriek en psalmachtige verzen.

Het is opmerkelijk dat Anker niet verder is gegaan met het woeste en woedende register van gemraad slasser d.d.t. maar teruggrijpt op de stijl en de quasi-mythische sfeer van een dichter die hij vroeger, nog voor hij debuteerde, bewonderde, Adriaan Roland Holst (een dichter die net als tijdgenoot Marsman wel wat te foeteren had op zijn tijd). De titel van Ankers bundel refereert aan het avondland dat ook Holst destijds ten onder zag gaan.”

Lees de volledige bespreking bij Fabian Stolk. (zie ook deze voorpublicatie van Ankers laatste bundel)

Over de auteur