Gepubliceerd op: woensdag 21 december 2011

Hans Demeyer wil Vaandrager onder de kerstboom

Op De Reactor bespreekt Hans Demeyer Aan barrels, het prozadebuut van Harry Vaandrager dat vorige maand bij het balanseer en Nijgh & Van Ditmar verscheen.

Wat toch met dat oeuvre van Harry Vaandrager? Net als zijn dichtbundel Wat telt is van niets gemaakt uit 2010, heeft zijn prozadebuut Aan barrels een zwarte kaft, legt de titel de nadruk op de destructie en het niets, en lijken de teksten te grossieren in provocerend en vulgair taalgebruik: ‘Hoeren zijn het hoeren, allemaal hoeren. Bloedgeil werd ik van haar gezwollen tepels (…) Moest wel happen in het tietenvlees. Verdomme, ik ben toch zeker de neukbaas.’ Gedateerde zwarte romantiek met een dosis punk in de combats?

‘Nee. Nee. Nee nee nee. Het is nee, en het blijft nee. Nee. Duidelijk? Niets anders dan nee. Voor altijd nee. Drie letters. N.E.E. Nee nee nee. Het is nee. Nee nee neeeee. Alleen nee. Nee, nog niet duidelijk?’ Dat is alvast mijn antwoord, en meteen ook het magistrale begin van Aan barrels. In een soortgelijk dwingend ritme laat Vaandrager in zijn roman negen stemmen aan het woord die voortdurend de absolute negatie van het leven verwoorden: ‘Ik zeg nee.’

Waarom we allemaal om een Vaandrager onder de kerstboom moeten vragen?

De verschillende stemmen grijpen in elkaar en leiden de lezer een labyrint binnen, waar zin en onzin niet langer te onderscheiden zijn. Dat de lezer daar nooit onverschillig tegenover kan staan, is een effect van enerzijds het taalgebruik dat gewelddadig, vulgair maar ook lyrisch en beeldend is, en anderzijds van het ritme dat kan razen van furie, of stokken van psychotische verwarring.

U mag Vaandrager ook op een ander moment krijgen of cadeau doen. De hele recensie op De Reactor.

Over de auteur

- Jeroen van Rooij schrijft. Onder meer 'De eerste hond in de ruimte' (roman, 2010), 'Het licht' (roman, 2012), poëzie in Parmentier en DW B, essays in nY, kritieken op De Reactor en lezingen in Perdu. Hij woont en werkt in Amsterdam.