Gepubliceerd op: zondag 12 juni 2011

Sloterdijk (6): Nietzsches allochronie

Voor Nietzsche zou het een gruwel geweest zijn indien men hem met etiketten als ‘modern’ of ‘postmodern’ had gecatalogeerd. Nietzsche zocht naar een radicale allochronie, een fundamenteel andere temporaliteit binnen het heden. Sloterdijk besteed veel aandacht aan de chronologische situering van Nietzsche in zijn tweede hoofdstuk dat de subtitel ‘Het project ‘Oudheid’ van Nietzsche‘ draagt:

“Zijn [Nietzsche – JP] concept van allochronie, dat hij aanvankelijk nog schuchter als ‘oneigentijds’ introduceert, maar later tot de uitbraak uit de moderniteit radicaliseert, berust op de even suggestieve als fantastische idee dat de klassieke Oudheid – of het klassieke – geen door latere tijden geënsceneerde herhalingen nodig heeft, omdat ze ‘in feite’ voortdurend uit eigen kracht terugkeert.  (…) Ze vormt veeleer een permanent heden, een dieptetijd, een natuurtijd, een tijd van het Zijn, die onder het geheugen- en innovatietheater van de cultuurtijd gewoon blijft doorlopen.”

Sloterdijk werpt hier een kernachtig licht op Nietzsche die het vooral te doen was om de ‘(…) blootlegging van de antieke Oudheid als modus van een niet-historische, niet-voorwaartsgerichte, niet-progressieve tijd.’ Voor mij als filosofie-leek betekende bovenstaand Sloterdijk-citaat in elk geval een kanjer van een statement. Gepokt en gemazeld in een evolutionaire manier van denken omschreef ikzelf de zogenaamde ‘nieuwe tijd’ wel eens als: de rationalisering van de religie (Nietzsche), de rationalisering van de arbeid (Marx) en de rationalisering van de sexualiteit (Freud). Daaraan zou ik nu nog de rationalisering van de democratie (Internet) aan toevoegen, met als recent voorbeeld het Manifest van de G1000, dat aanstuurt op een soort ‘user generated democracy’.  Enfin, de zoveelste fase in een lineair proces. Maar is een dergelijk evolutionair standpunt wel houdbaar als je uitgaat van het continuüm van de antieke Oudheid? Vroeg de amateur zich af. Volgend keer meer Nietzsche waarin twee types van ascese aan bod komen

(eerdere Sloterdijk-beschouwingen)
(Illustratie: Jennifer Allora en Guillermo Calzadilla, Body in flight – Biënnale van Venetië 2011)

Over de auteur

Displaying 2 Comments
Have Your Say
  1. Sloterdijk is inderdaad een van de weinigen die Nietzsche op dit punt (ewige wiedekehr) goed heeft begrepen – waarom is mij niet helemaal helder, want het staat toch allemaal vrij duidelijk in zijn laatste geschriften – dat hij niet in een lineaire evolutie gelooft, dat hij bijna al het tegenwoordige als een degradatie van een oorpronkelijk idee ziet en dat voor hem dat Rijk van het Idee alleen mogelijkerwijze vernietigd zou kunnen worden door iets hogers, wat hij en velen met hem tot dusverre niet hebben mogen waarnemen.

  2. Peter Wullen zegt:

    Het beknopte ‘Derrida ein Ägypter – Über das Problem der jüdischen Pyramide’ (73 pagina’s) uit 2007 is een aanrader voor wie zich wil verdiepen in de denkwereld van Sloterdijk. Je hebt me trouwens overgehaald om ‘Kritik der Zynischen Vernunft’ uit 1983 nog eens uit de kast te halen. Ik ben erg benieuwd of die tweedelige kanjer in 2011 nog relevant is. Maar eerst nog dat andere ‘domme’ maar zeer ‘interessante’ boek verwerken, ‘Blödmaschinen’ van Metz & Seesslen, de ‘lof der domheid’, dat een gans tijdsgewricht uit de hengels haalt, net als ‘Kritik der Zynischen Vernunft’ bijna drie decennia geleden.